Nederlandse forens reist lang, maar vindt dit geen ramp
Wij Nederlanders doen er gemiddeld 37 minuten over om op ons werk te komen. Dat is langer dan in andere Europese landen. Maar heel vervelend vinden we dit niet.
Hoewel de reistijd vaak wel wordt meegewogen als iemand op zoek is naar een andere baan, is het voor de meeste werknemers geen breekpunt. Dit blijkt uit onderzoek van Savills, een internationaal vastgoedadviseur uit Amsterdam. Opvallend is dat een fijne werkplek belangrijker gevonden wordt dan het onderweg zijn van en naar het werk. „Een goed luchtklimaat en een fijne temperatuur zijn van die punten die werknemers belangrijker vinden”, zegt huisvestingsadviseur Erik Beekman. „Ook de behoefte aan inspraak op het werk staat boven het lange forenzen.”
Dertig procent van de Nederlanders doet er gemiddeld drie kwartier of langer over om op zijn of haar werk te komen. Forenzen die er langer dan 1,5 uur over doen zijn er ook, maar komen in Nederland minder voor dan in grote stedelijke gebieden zoals Londen of Parijs. Iemand die én lang moet reizen én dit geen probleem vindt is forens Cynthia de Jong (48), woonachtig op Schiermonnikoog en werkzaam als leidinggevende bij de politie in Leeuwarden.
Vier uur per dag
De Jong reist dagelijks twee uur heen en terug. Om 7 uur ‘s ochtends gaat zij de deur uit om daarna de boot te pakken naar het vaste land. Twee uur later zit zij omgekleed en wel aan haar bureau. „Het is een lange dag, want ik ben om half 8 ’s avonds pas weer thuis. Maar ik weet niet beter, ik doe het al bijna 23 jaar en heb het nooit als een probleem ervaren. Dat komt ook omdat ik een hele leuke baan heb.” De leidinggevende begint haar werkdag vaak al tijdens de boottocht van drie kwartier. „Ik check dan alvast mijn mail en neem mijn eerste kop koffie. De vier uur reizen per dag neem ik echt voor lief.”
Volgens Reizigersorganisatie Rover kiezen sommige mensen er bewust voor om juist niet in de buurt van hun werkplek te wonen. „Mensen die bijvoorbeeld werken in Amsterdam, maar wonen in Ermelo, omdat ze liever in een rustigere omgeving willen wonen. Of bij dichtbij hun familie willen zijn”, legt onderzoeker Chris Vonk uit. Voor treinreizigers is het volgens Vonk wel van belang dat ze kunnen zitten, rustig kunnen lezen en beschikken over internet.
Is het gezond?
Het RIVM deed onlangs een verkennend onderzoek naar de gezondheidseffecten van het forenzen en vergeleek de treinreiziger en de automobilist met elkaar. „Het reizen met de trein is in principe gezonder omdat mensen in de meeste gevallen eerst de fiets pakken om naar het station te gaan”, vertelt Frank den Hertog van het RIVM. Ook werd onderzocht hoe groot de kans is dat je in de trein wordt aangestoken door een niezende medepassagier.
„Deze kans is redelijk klein ondanks dat je je in een kleine ruimte bevindt. Op je werkplek is de kans groter omdat je daar veel meer uren doorbrengt.” Een opmerkelijk punt uit het onderzoek is dat auto-forenzen over het algemeen een hoger stressniveau hebben dan treinreizigers. Waardoor dat precies komt moet nog verder onderzocht worden.
Van stress tijdens het forenzen heeft De Jong in ieder geval nooit last. Het reizen op de veerboot is voor haar juist een vorm van ontspanning. „Ik reken de drie kwartier op de boot eigenlijk niet echt mee als reistijd. Ik hoef namelijk niks. Ik hoef mij nergens op te focussen, want de boot doet het werk.” De terugreis naar Schiermonnikoog is het fijnst, want dan leest de eilandbewoonster een boek of kijkt ze naar een film. „Eenmaal thuis ben ik alles kwijt uit mijn hoofd en ben ik heerlijk uitgerust.”