Steeds meer 65-plussers werken nog: al een kwart miljoen
Mensen worden steeds ouder én er komen steeds meer oudere mensen bij. Sinds 2003 nam het aantal 65-plussers zelfs met bijna de helft toe: van 2,1 miljoen naar 3,2 miljoen in 2018. En veel van hen werken nog. In 2018 hadden 255 duizend 65-plussers betaald werk, een aantal dat ook in een stijgende lijn zit. Dat blijkt uit cijfers van het CBS.
Vooral 65-jarigen doen het goed op de arbeidsmarkt, ruim 1 op de 3 van hen werkt nog voor z’n brood. Maar ook 70-plussers werken nog, alhoewel de meeste werkende 65-plussers jonger zijn dan 70. In 2018 waren 88 duizend 70-plussers aan het werk.
Verhoogde AOW-leeftijd
Het komt dus deels door vergrijzing dat mensen langer doorwerken. Maar een grotere factor is de toegenomen arbeidsparticipatie van 65-plussers. In vijftien jaar is dat namelijk meer dan verdubbeld. Wederom nemen de 65-jarigen de leiding: in 2018 had ruim 1 op de 3 van hen betaald werk, in 2003 was dat nog 1 op de 10. Vooral na 2015 nam het toe, wat te maken heeft met de AOW-leeftijd die stapsgewijs is verhoogd tot 66 jaar in 2018.
In het Pensioenakkoord, dat het kabinet en de sociale partners hebben gesloten, staan voorstellen om de AOW-leeftijd minder snel te laten stijgen. De AOW-leeftijd blijft voorlopig stapsgewijs stijgen, zo zal het in 2022 66 jaar en zeven maanden zijn. In 2024 stijgt de AOW-leeftijd dan naar 67 jaar.
Vaste baan populair
Onder de 65- tot 70-jarigen wordt een vaste baan steeds populairder. Het percentage 65-plussers dat als werknemer met een vaste arbeidsrelatie werkt, steeg in vijftien jaar van 16 procent naar 30 procent. Vooral na 2014 deed die toename zich voor. Het percentage flexibele werknemers en ook het percentage zelfstandigen nam de laatste jaren juist af.
De meeste 70-plussers met betaald werk zijn echter werkzaam als zelfstandige, in de meeste gevallen zonder personeel. Zij werken ook relatief vaak in een kleine deeltijdbaan. De werkende 65- tot 70-jarigen hebben veel vaker een grote deeltijdbaan of werken voltijd.