Ruim 14 jaar cel voor in stukken zagen Roemeense
Sjonny W. gaat ruim veertien jaar de bak in voor ‘mensonterende daad’. Voor twee andere misdrijven werd hij vrijgesproken.
Kwetsbaar
De rechtbank in Amsterdam heeft de 46-jarige Sjonny W. uit Amsterdam Zuidoost maandag veroordeeld tot veertien jaar en vijf maanden gevangenisstraf voor het ombrengen en in stukken zagen van de 30-jarige Roemeense Mirela Mos in 2004. Ook legde de rechtbank de huisschilder tbs met dwangverpleging op.
Meerdere media spraken eerder over Sjonny W. als seriemoordenaar. Dat ben je wanneer je meer dan drie mensen vermoordt, maar die benaming gaat nu niet meer op. De in het Duitse Emmerik geboren W. werd vrijgesproken van betrokkenheid bij de dood van Monique Roossien (26) in 2003 en bij die van de sinds maart 2017 vermiste Sabrina Oosterbeek (30).
Tegen W., die in 2017 zichzelf van het leven probeerde te beroven in zijn cel in Justitieel Complex Zaanstad, was in juni twintig jaar cel en tbs geëist voor betrokkenheid bij de dood van alledrie de vrouwen. Volgens het OM was hij ‘mensonterend’ te werk gegaan en heeft hij ‘drie kwetsbare, jonge vrouwen als oud vuil gedumpt’. De rechtbank oordeelt dat het OM daarvoor in twee van de drie gevallen onvoldoende bewijs heeft geleverd.
Emotioneel
In de zaak van Monique Roossien is dan wel vastgesteld dat W. kort voor haar verdwijning seks met haar had en is er een minuscuul bloedspoor in haar auto gevonden, maar volgens de rechtbank staat niet vast hoe dat bloedspoor daar is gekomen en of dit in de laatste nacht dat ze leefde gebeurd is. Meerdere mensen konden het vonnis niet langer aanhoren en liepen tijdens de uitspraak de rechtszaal uit. „Natuurlijk vreselijk voor de familie die er graag duidelijkheid over wil hebben”, beaamt persrechter Polly van Dijk. „Maar het is de taak van de rechtbank te kijken naar wettig en overtuigend bewijs.”
Over de in 2017 spoorloos verdwenen Sabrina Oosterbeek zei de rechtbank aan te nemen dat zij niet meer in leven is, maar dat niet kan worden vastgesteld dat ze door een misdrijf is gestorven. In elk geval is in beide gevallen niet vast te stellen dat W. betrokken was bij hun dood, zo sprak de rechtbank.
Cold case
Anders ligt dit in de zaak van de Roemeense prostituee Mirela Mos. Volgens de rechtbank staat vast dat zij op 6 november 2004 bij W. thuis is geweest en daarna niet meer levend is gezien. Een dna-spoor van hem is aangetroffen tijdens een nieuw dna-onderzoek in 2016 op een van de zestien vuilniszakken waarin de lichaamsdelen van Mos waren gedumpt. Intensief politieonderzoek heeft geen andere verdachten opgeleverd.
De 46-jarige W. heeft altijd ontkend iets te maken te hebben gehad met de verdwijning van de drie vrouwen. Hij kwam in beeld als verdachte na het nieuwe dna-onderzoek en omdat hij de laatste persoon was die Oosterbeek in levenden lijve had gezien.
W. lijdt aan een persoonlijkheidsstoornis, heeft een alcohol- en drugsverslaving en heeft in het verleden gewelddadig gedrag vertoond, besluit Van Dijk op de vraag waarom hij ook tbs heeft gekregen. „De rechtbank is bang voor herhaling en vindt dat de samenleving moet worden beschermd.” De verwachting is dat het OM in hoger beroep gaat.