Lowlands en de dood
Daar lig ik dan. Opgebaard, met mijn ogen dicht. The sound of silence van Simon and Garfunkel klinkt door een speaker naast de kist. Mijn vriendin kon het niet aanzien mij zo te zien liggen, dus zij is er niet bij om iets te zeggen en de stoelen in het kleine zaaltje zijn leeg.
Nog voor het tweede couplet ingezet wordt, verstoren beukende bassen de bescheiden uitvaart bruut vanuit de Alpha-tent waar Paul Kalkbrenner zijn set aftrapt. We zijn op Lowlands en op het Science-veld staat ook De Dooie Hoek. Een onderzoek vanuit Hogeschool Rotterdam en het Erasmus MC naar levenseinde bij jongeren. Specifieker: (hoe) denken jongeren zelf na over hun levenseinde en hun nalatenschap?
Taboe
Wil ik écht The Sound Of Silence draaien bij mijn eigen uitvaart? Waarschijnlijk niet. Mooi nummer hoor, daar niet van. Maar net als veel andere jongeren heb ik hier ook nog niet over nagedacht en dit kwam als eerste bij mij op. Geef ik het meer tijd, dan valt de keuze waarschijnlijk op iets originelers dat ook echt bij mij past.
Op praten over het levenseinde lijkt een taboe te liggen; precies hier komt dit onderzoek om de (dooie) hoek kijken. Vanuit de overheid is het Nationaal Programma Palliatieve Zorg gestart, met als hoofddoel het verbeteren van de zorg in de laatste levensfase. Belangrijk hierbij is dat het genormaliseerd wordt om bij het levenseinde stil te staan. De programma’s weten alleen vrijwel geen jongeren te bereiken. Dat is hier op Lowlands wel anders.
Bucketlist
De Dooie Hoek bestaat uit drie onderdelen. Er is een bucketlist-muur waarop deelnemers kunnen invullen wat zij nog willen doen voordat zij sterven. Antwoorden variëren van ‘saai worden en kinderen krijgen’ tot ‘de wereld zien’. In het tweede deel kunnen mensen zelf in de kist gaan liggen waar zij een zelfgekozen liedje horen. Er staat een katheder, dus er kunnen wat mooie woorden worden gesproken en stoelen om de ‘dienst’ bij te wonen. Het derde onderdeel, voor dit onderzoek ook het meest belangrijk, is een ingevulde enquête. Het beoogde doel van 400 respondenten is op dag twee van de drie al behaald.
Hospice
De groepen die binnenkomen zijn heel verschillend, zegt Anne Geert van Driel (45). Hij is docent onderzoeker aan de Hogeschool Rotterdam en verpleegkundige. „Je ziet vaak een wat jolige groep binnenkomen. We zijn op een festival, dus er zit vaak een slok in natuurlijk. Dan zie je tóch vaak dat er iets moois ontstaat als zo’n groep een vriend in de kist toespreekt. Er worden geregeld bijzondere dingen gezegd.”
Hoe ga je dood en wat betekent dat? Daar hebben we het bijna niet over tegenwoordig. Dat zouden we volgens Jet van Esch (53) wél moeten doen. De arts-onderzoeker aan het Erasmus MC werkt al zo’n tien jaar in de palliatieve zorg in een hospice en maakt de dood dan ook geregeld van heel dichtbij mee. „Vroeger hoorde sterven veel meer bij het leven. Oma lag dan bijvoorbeeld in de bedstee, of ging dood in de voorkamer. Dan leerde je daar ook mee omgaan.”
Online rouwen
Daar komt bij dat rouw, zeker bij jonge mensen, voor een deel verplaatst naar een online omgeving. Denk aan digitale herdenkingen en het delen van herinneringen, maar tevens het opzoeken van een overledene op sociale media bijvoorbeeld. Het kan ook bijzonder pijnlijk zijn als Facebook je feliciteert met de verjaardag van een overleden vriend, of LinkedIn je wijst op een werkjubileum dat in werkelijkheid nooit is behaald.
Ook jongeren overlijden en helaas vaak plotseling, zegt hoofddocent verpleegkunde Erica Witkamp van de Hogeschool Rotterdam. „Dan zitten nabestaanden vaak met vragen. Die gaan op zoek naar antwoorden. Het kan best zo zijn dat je dingen hebt nagelaten die niet iedereen hoeft te weten of zien. Bepaalde foto’s bijvoorbeeld. Hoe zit het dan met je wachtwoorden en accounts? Best handig daar van tevoren over na te denken.”