Aantal daklozen sinds 2009 meer dan verdubbeld
Sinds de eerste schatting in 2009 is het aantal dakloze 18- tot 65-jarigen in Nederland meer dan verdubbeld. Eerst werd geschat dat er sprake was van 17,8 duizend daklozen, in 2018 waren dat er al 39,3 duizend. Het aantal daklozen tussen 18 en 30 jaar is in deze periode verdrievoudigd. Dat blijkt uit cijfers van het CBS.
In 2018 was bijna een derde van de daklozen tussen de 18 en 30 jaar oud. Met 12,6 duizend jonge daklozen zijn dat er ruim drie keer zoveel als tien jaar geleden.
Daklozen vaak man
Mannen zijn het vaakst dakloos, 84 procent van de daklozen is man. Ruim een derde van alle daklozen verbleef in een van de vier grootste gemeenten: Amsterdam, Rotterdam, Den Haag of Utrecht. Net iets meer dan de helft, 57 procent, van de alle 18- tot 65-jarige daklozen had een migratieachtergrond.
Niet-westerse daklozen
Het aantal daklozen met een niet-westerse migratieachtergrond is tussen 2009 en 2018 vrijwel verdriedubbeld, van 6,5 duizend naar 18,3 duizend. Het aantal daklozen met een westerse migratieachtergrond verdubbelde in deze periode ruimschoots, het aantal daklozen met een Nederlandse achtergrond verdubbelde bijna.
Vaak zijn daklozen met een niet-westerse achtergrond jongen: 39 procent van hen was 18 tot 30 jaar (7,1 duizend). Een relatief groot deel (ruim de helft) van de niet-westerse daklozen verblijft in een van vier grootste gemeenten. Van de daklozen met een Nederlandse achtergrond was dat nog geen kwart, en van de daklozen met een westerse migratieachtergrond bijna een derde.