Miljoenentekort jeugdzorg, gemeenten luiden noodklok
Even leek het alsof de noodroep vanuit de zorg werd beantwoord, ‘kabinet trekt honderden miljoenen extra uit voor jeugdzorg’, kopte NOS. Was dit het antwoord op de brandbrief van de Nederlandse gemeenten? Het Rijk komt met honderden miljoenen over de brug voor jeugdzorg. Veel geld, maar volgens de gemeenten nog steeds verre van toereikend.
Dit jaar nog 350 miljoen extra voor gemeenten, de daaropvolgende jaren 190 miljoen extra. Die cijfers werden door Haagse bronnen aan de NOS gemeld. Deze bedragen kunnen door de Vereniging voor Nederlandse Gemeenten niet worden bevestigd. „Er zijn nog gesprekken op dat vlak, we gaan er wel vanuit dat er nu echt wat gaat gebeuren”, verklaart VNG-woordvoerster Angela de Jong. „Het water staat ons aan de lippen.”
Brandbrief
Hoe hoog die nood bij gemeenten is, werd duidelijk uit een open brief die VNG in het AD op 8 mei publiceerde. Een direct citaat: „Als het kabinet niet bereid is om gemeenten voldoende tegemoet te komen, is het de vraag of wij onze inwoners kunnen geven waar zij recht op hebben. In uw belang moeten wij dan serieus overwegen of wij de gedecentraliseerde taken weer bij het Rijk terugleggen. Dat zullen we nooit zomaar doen, we willen onze jeugd niet in de steek laten.”
Decentralisatie
De Nederlandse overheid dacht tijdens de crisis veel geld te kunnen besparen door zorgtaken te decentraliseren. De gedachte was dat door sneller schakelen en eerder ingrijpen langdurige zorg kon worden verminderd. Marktwerking bij zorgaanbieders moest de kosten verder verlagen.
Daarom werden in 2015 veel zorgtaken overgedragen aan gemeenten, hierbij werd 450 miljoen bezuinigd. Intussen is het aantal jongeren in de jeugdzorg de afgelopen jaren alleen maar toegenomen. In 2015 waren dit er 380.000, in 2018 liep dit aantal op tot 428.000.
Druk op de zorg
De gewenste besparing bleef uit. In plaats daarvan maakten gemeenten 600 miljoen aan extra uitgaven. Dat geld moet ergens vandaan komen. „Er waren al tekorten, die werden door de gemeenten opgevangen”, zegt De Jong van VNG. „Nu is het punt bereikt dat de tekorten zo hoog zijn opgelopen dat gemeentebelastingen omhoog moeten, bibliotheken gesloten en sportclubs gekort op subsidie.”
De bezuinigingen leggen op hun beurt extra druk op de zorg. „Er is 450 miljoen bezuinigd door het rijk bij het overhevelen van het budget aan de gemeenten. Die hadden dus veel minder geld om jeugdzorg in te kopen dan de provincies voorheen, terwijl de zorgvraag is toegenomen”, zegt Eva de Vroome, woordvoerster voor Jeugdzorg Nederland. Dit uitte zich in reorganisaties; nog minder personeel dus om de zorg te leveren.
Doorgeslagen marktwerking
Er treedt dus marktwerking op, maar deze lijkt inmiddels doorgeslagen. De Vroome: „Daarom hoor je nu de vakbonden en Jeugdzorg zo hard roepen, de werkdruk is veel te hoog. Medewerkers vallen om en er ontstaan wachtlijsten. Is er geen wachtlijst? Dan is er minder tijd voor de cliënt.”
Bas de Koning is hoofd communicatie bij de William Schrikker Stichting, ook hij onderstreept de problemen: „WSS zorgt voor kinderen met verstandelijke en lichamelijke beperking. Plekken voor onze jongeren zijn erg dun gezaaid, maar horen dit ook van andere instellingen. Zorgwerkers staan op met het idee, ‘wat is de beste plek voor jongeren om in een veilige situatie op te groeien.’ Je weet dat die plekken bestaan, maar door de financiële druk zijn die plekken zo beperkt geworden dat het dringen is geworden.”
Gigantisch probleem
„Je merkt dat je niet meer vraag-, maar aanbodgericht werkt”, hoorde De Koning een gebiedsmanager zeggen. Hij vindt het typerend voor de situatie. „We hebben een gigantisch probleem om jongeren te plaatsen op de plek waar zij de beste zorg krijgen. Jongeren en jeugdwerkers lopen tegen wachtlijsten op. Hierdoor moeten zij soms te lang in een gevaarlijke situatie blijven wonen of worden zij in instelling b geplaatst terwijl a eigenlijk beter zou zijn. Soms is de ambulante zorg wegbezuinigd, waardoor jongeren in een instelling blijven terwijl zij al lang weg hadden gekund, daardoor blijft die plek natuurlijk ook bezet.”
Voor jeugdzorg is volgens de NVG minstens 490 miljoen nodig. De Jong: „Dan komt de energietransitie er nog aan. Gemeentebegrotingen moeten bovendien sluitend zijn, in tegenstelling tot de rijksbegroting. Dan worden andere sectoren de dupe, dat kan ook niet de bedoeling zijn.”
De gemeenten luiden daarom nu de noodklok. Zonder hulp van de overheid zien zij zich genoodzaakt om de extra zorgtaken terug te geven aan het Rijk. Zorg is wel een publieke taak, gemeenten zijn verplicht deze goed uit te voeren.