Klagen, klagen. Bij het LAKS zetten ze zich schrap
De centrale eindexamens gaan vandaag van start. Tot eind deze maand betekent dit voor zo’n 215.000 scholieren veel zweethandjes, stress en… klagen! Het LAKS is zoals elk jaar voorbereid op een klachtenregen.
De laatste voorbereidingen zijn getroffen in het hoofdkwartier van het LAKS aan de Drieharingstraat in Utrecht. Dit Landelijk Aktie Komitee Scholieren staat al sinds 1984 klaar om de belangen van scholieren te behartigen. Hun grootste wapenfeit: de eindexamenklachtenlijn. Vanaf 12.00 uur vanmiddag is deze voor de 32ste keer geopend.
Minder klachten goed teken
177.000 klachten kwamen er binnen vorig jaar. Twaalfduizend minder dan het jaar daarvoor, een nog groter contrast met ‘topjaar’ 2016. Toen ont- ving het LAKS maar liefst 204.000 klachten. Die daling is een goede zaak volgens Bibi Reiniers (17), zij is dit jaar coördinator van de eindexamenklachtenlijn. „Een daling laat zien dat leerlingen tevredener zijn dan het jaar daarvoor. Hoe dat dit jaar zal zijn is echt nog niet te zeggen.”
Een team van veertig leerlingen bemant de klachtenlijn, een stuk of acht per dag, op examendagen tussen 12.00 en 19.00 uur. Arie Slob, de minister voor Basis- en Voortgezet onderwijs en Media komt de eerste dag een handje helpen. Wie tussen 16.00 en 17.00 uur zijn klacht doorbelt heeft kans dat hij de hoorn oppakt.
Hoewel de telefoonlijnen vandaag pas openen kan er via de site al worden geklaagd sinds 1 april. Toen begonnen namelijk al de digitale- en praktijkexamens in het vmbo, van deze kandidaten kwamen inmiddels een paar honderd klachten binnen. „We zijn blij om te merken dat zij ons ook beter weten te vinden en klachten met ons delen”, zegt Reiniers. De meeste klachten komen doorgaans van leerlingen in het vwo. Mogelijk omdat vmbo-leerlingen iets jonger zijn.
Te knappe surveillant
Bij het LAKS komen de meest bizarre klachten binnen. Wat sprong er vorig jaar uit? „Een té knappe surveillant, twee vechtende eekhoorns op het dak en een complete fanfare die een examen verstoorde.” Hierdoor werden leerlingen compleet uit hun concentratie gebracht. Factoren waardoor het ‘onmogelijk’ gemaakt wordt examens fatsoenlijk af te leggen moeten absoluut worden gemeld.
Het leeuwendeel van de klachten heeft hier echter niets mee te maken. „Negentig procent gaat over examens die ‘te lang’ of ‘te moeilijk’ zijn”, zegt Reiniers. „Daar kunnen we weinig mee.” Nog steeds leeft bij veel leerlingen het idee dat grote hoeveelheid klachten kan zorgen dat de normering van een examen wordt aangepast, de zogenaamde N-term.
In de praktijk komt dat bijna nooit voor. Tenzij het een extreme hoeveelheid van deze klachten over hetzelfde examen betreft natuurlijk, zoals bij het vwo-examen Nederlands in 2016. Van de 38.500 leerlingen die het examen destijds maakten deden 24.588 hun beklag bij het LAKS.
Goed klagen
Wat beter werkt is inhoudelijk klagen, stelt Reiniers. „Nadat deze binnenkomen checken we altijd wat voor klachten het zijn. Staat er bijvoorbeeld dat vraag 12a van het examen wiskunde niet klopt, dan kijken we ook waarom.” Voor het eerst zijn er dit jaar vakexperts die het LAKS hierin bijstaan. „Dit kunnen docenten zijn, of specialisten in een vakgebied. Wij kunnen hen bellen met vragen over de examens zodra deze zijn vrijgegeven.”
Blijken klachten gegrond, dan klopt het LAKS aan bij het College voor Toetsing en Examens. Dit overheidsorgaan ziet toe op de kwaliteit van de examens. Als blijkt dat een vraag onduidelijk is of bijvoorbeeld anders wordt begrepen dan bedoeld, dan kan het correctievoorschrift waarmee de examens worden nagekeken worden aangepast. Dat kan vervolgens invloed hebben op de behaalde cijfers.