‘Zeker 135 nieuwe leerlingen Cornelius Haga Lyceum’
135 nieuwe leerlingen zijn ingeloot voor het komend schooljaar aan het Cornelius Haga Lyceum in Amsterdam. Bestuursvoorzitter Söner Atasoy verwacht dat daar de komende weken nog 40 procent bovenop komt, waarbij hij zich baseert op de uitkomst van vorig jaar. Dat betekent dat de islamitische middelbare school in Nieuw-West moet uitbreiden. „De gemeente moet dit regelen", aldus Atasoy. Als dat niet gebeurt, stapt hij naar de rechter.
Uitbreiding noodzakelijk
De aanvraag voor uitbreiding van de school liep al, maar werd door de gemeente ‘on hold’ gezet toen er berichten naar buiten kwamen dat bestuurders banden hebben gehad met een Tsjetsjeense terroristische organisatie. Ook zouden leerlingen op de school salafistisch getinte lessen krijgen. Atasoy ontkent de aantijgingen.
Op dit moment telt het lyceum volgens de bestuurder 178 leerlingen. Op de huidige locatie, waar de school in 2017 de deuren opende, is echter plek voor tweehonderd scholieren. Volgens Atasoy is uitbreiding dus noodzakelijk.
Onderwijswethouder Marjolein Moorman wil pas over extra huisvesting praten als het bestuur is opgestapt en er een deugdelijk interim-bestuur zit, zei ze in een reactie. „De school moet eerst weer in goed vaarwater terechtkomen. De signalen die we hebben ontvangen zijn zo ernstig en uniek dat we niet kunnen doen alsof het de normaalste zaak van de wereld is om huisvesting aan te bieden." Ze zei zich bovendien zorgen te maken over de kinderen die naar de school gaan.
Leegloop niet gelukt
Het Overleg Schoolbesturen Voortgezet Onderwijs (OSVO) in de hoofdstad maakte donderdagmiddag bekend hoeveel leerlingen op hun voorkeursschool zijn terechtgekomen. Daarbij worden nog geen concrete aantallen per school genoemd.
Atasoy wilde niet zeggen of hij tevreden is met de uitkomst voor zijn school. „Het is de overheid in elk geval niet gelukt ons leeg te laten lopen." Volgens hem heeft een onderzoeksbureau eerder berekend dat de school met zo’n 186 leerlingen per jaar zou groeien. Hij zei verdere juridische stappen voor te bereiden wegens „smaad, laster en het aantasten van de goede naam en eer."