Er zijn steeds meer alternatieven voor de Cito-toets
Deze week maken zo’n 178.000 leerlingen de cito-toets op de basisschool. Ondanks dit aandeel, stappen steeds meer scholen over op een alternatieve eindtoets. Het marktaandeel van de Cito-toets is gezakt tot onder de vijftig procent. Dat schrijft de NOS.
Veranderingen
De Cito-toets is ooit bedacht door hoogleraar Adriaan de Groot, met als doel om te zorgen dat ieder kind evenveel kansen heeft en langs dezelfde meetlat wordt gelegd. In 2015 was de Cito-toets nog maar de enige toets. Inmiddels heet de Cito-toets de Centrale Eindtoets, mogen basisscholen kiezen voor eventuele alternatieven en is het advies van de juf of meester doorslaggevend.
Vijf eindtoetsen
Er zijn anno 2019 vijf eindtoetsen voor leerlingen van de basisschool die de stap naar de middelbare school nemen. De Centrale Eindtoets, IEP Eindtoets, Route 8, AMN Eindtoets en DIA-eindtoets.
Omdat geen enkele toets hetzelfde is opgebouwd, is vorig jaar bij elke toets eenzelfde set controlevragen toegevoegd. Een aantal leerlingen per toets maakt die vragen om het niveau te kunnen vergelijken.
Terug naar één toets?
Het CPB onderzocht dat scholen die gemiddeld minder goed scoren op de Centrale Eindtoets, vaker overstappen op een alternatieve toets.
Het CPB vindt dat de toets dit jaar een verbetering moet laten zien op het vlak van vergelijkbaarheid. Daar moeten onder meer de controlevragen voor zorgen. Als die geen goed resultaat opleveren, adviseert het CPB een terugkeer naar één eindtoets.