Week van het geld van start met vorstelijk randje
Koningin Maxima opende gisterochtend feestelijk de Week van het geld in het thuisstadion van NAC in Breda. Tot en met 27 maart staat het thema ‘Ben jij een held met je geld?’ centraal. Door het hele land worden ruim 5000 gastlessen aan kinderen gegeven om hen te leren omgaan met financiën.
Nadat Máxima en minister Arie Slob van Onderwijs het startsein gaven, mochten de 350 aanwezige kinderen zich opdelen voor de eerste gastlessen. Kopstukken uit de financiële wereld, waaronder van verzekeraars en banken, nemen deze week de tijd om iets van hun wijsheid te delen met de jonge generatie.
Onder de indruk
Een van die mensen is Kees van Dijkhuizen, CEO bij ABN-Amro. „Wij doen al vanaf het begin mee, dit is de negende keer. Zelf gaf ik nu voor de derde keer les. Ik had ook de koningin in de klas, dat maakte het extra leuk. Ik was onder de indruk van de kinderen, als je bijvoorbeeld hoorde hoe goed zij al over spaargeld hadden nagedacht.”
„Financiële opvoeding is enorm belangrijk”, stelt NIBUD-woordvoerder Karin Radstaak. „We weten dat het op latere leeftijd minder vaak fout gaat als hier bij kinderen voldoende aandacht aan is besteed.” Daarom wordt nu al voor de negende keer de Week van het geld georganiseerd. Radstaak: „De aandacht op scholen is natuurlijk heel goed, maar ouders spelen in die opvoeding minstens zo’n grote rol.”
Belangrijke jaren
We zien dat jongeren tegenwoordig sneller in de schulden raken. Mobiele telefoonabonnementen spelen een rol, maar het is bijvoorbeeld ook relatief eenvoudig om een creditcard aan te vragen. Hoe breng je je kinderen gezond financieel gedrag bij? We vragen het Krista Okma, opvoedkundige en moeder van een zoon van dertien. Wat haar opvalt is dat ouders vaak vragen stellen over baby’s en peuters, maar vervolgens pas weer over de puberteit wanneer problemen de kop opsteken. Juist ook de jaren daartussen zijn belangrijk.
„Goed leren omgaan met geld begint bij de basis. Op is op, je kunt geld ook maar één keer uitgeven. Voor ouders is het belangrijk om daar consequent in te zijn, een paar dagen later toch voor je kind betalen is dan niet handig.” Hierbij zegt iedereen wel: zakgeld is ook leergeld. Ook ABN-Amro CEO Van Dijkhuizen beaamt dit: „Er waren kinderen die zeiden, als je hard gewerkt hebt en een deel van het geld aan frutsels wil uitgeven, dan moet dat kunnen. Daar is ook niets mis mee natuurlijk als je hier met verstand over nadenkt en zorgt dat je iets achter de hand houdt. Een buffertje opbouwen kan je niet vroeg genoeg leren.”
Cash is king
Het is goed om zakgeld te geven op een vastgesteld moment, bijvoorbeeld iedere zondag. Geef het ook contant, vanaf een bankrekening voel je niet goed wat je uitgeeft. „Met een pinpas kan je beter wachten tot een jaar of twaalf”, stelt opvoedkundige Krista Okma. „Die is pas nodig als zij grotere aankopen gaan doen zoals kleding of verjaardagscadeaus.”
Die vaste momenten blijken voor ouders lastig. Dit herkent Sharon Schenk ook, zelf docent en moeder van drie. „We proberen wel wekelijks aan het zakgeld te denken. Dat vergeten we toch regelmatig, de kinderen eigenlijk ook. Als ze dan ineens iets willen kopen, innen zij natuurlijk wel het vergeten geld van de afgelopen weken.”
Uitersten
„Wat dat betreft steek ik ook de hand in eigen boezem”, vult Okma haar aan. „Het is hier soms een rommeltje met het zakgeld. Het is dan misschien handig een pot met kleingeld aan te leggen. We hebben natuurlijk steeds minder contant geld op zak, op deze manier heb je het altijd bij de hand.”
Arm en rijk groeien momenteel steeds verder uit elkaar. Dit heeft ook invloed op de manier waarop je je kinderen met geld leert omgaan. Over beide uitersten heeft Okma wel een idee. „De groep mensen die het goed hebben, zijn eerder geneigd om te zeggen: ‘Joh, ik betaal het wel’. Daarmee breng je je kind natuurlijk geen eigen verantwoordelijkheid bij.” Leren omgaan met impulsen en sparen is juist belangrijk. Door vijf weken op iets te moeten wachten voordat je het geld bij elkaar hebt, schat je het meer op waarde. Misschien wil je het na die tijd niet eens meer hebben.
Aanmaaklimonade
Sommige ouders hebben niet de middelen om hun kind zakgeld te geven, ook dan is er ruimte om hen financieel op te voeden. „Neem je kind vooral mee in het proces”, legt Okma uit. Door bijvoorbeeld samen boodschappen te doen. Geef hen de keus tussen frisdrank en aanmaaklimonade, of verschillende merken pindakaas. Het verschil kan in een potje om voor iets leuks te sparen.
Wat verder bijvoorbeeld kan helpen, is om samen naar programma’s te kijken die over het thema gaan. Steenrijk, straatarm bijvoorbeeld, of Paleis voor een prikkie. „Het mag best pulp zijn”, vervolgt Okma. „Maar doordat het over geld gaat, kan je wel het gesprek aanknopen. Zo vroeg mijn zoon mij op een gegeven moment: mam, hoeveel hebben wij eigenlijk voor boodschappen? Het is essentieel om het gesprek over geld met je kind aan te gaan.”