‘Vooroordelen over autisme moeten de wereld uit’
Zondag begint de Autismeweek, waarin dit jaar een ode wordt gebracht aan de passie en de sterke eigenschappen van mensen met autisme. Waar velen denken aan Rain Man die razendsnel lucifers kan tellen als ze op de grond vallen, is het spectrum veel breder. Met het thema Autisme Werkt moet dát weer een stukje duidelijker worden.
Werk vinden is voor mensen met autisme niet altijd even makkelijk, maar wel heel belangrijk. „Het gaat veel beter met me doordat ik nu werk heb”, vertelt de 22-jarige Zjos Dekker. Ze werkt als project-, en communicatiemedewerker binnen de kinder- en jeugdpsychiatrie. „Dat ik een baan heb, heeft gezorgd dat ik een doel in mijn leven heb en me een waardevol mens voel. Ik ben deel van de maatschappij.”
Geen werk voor ’iemand als ik’
„Ik wilde heel graag werken, maar er was geen baan voor mensen zoals ik”, gaat Dekker verder. „Wie neemt er nou een depressieve autist met ADHD en als hoogste opleidingsniveau vmbo-kader aan? Ik ben heel intelligent, maar mijn uitvoerend vermogen is heel laag. Je moet mij dus geen dozen laten inpakken. Terwijl de meeste banen voor mensen met een beperking, zoals ik, juist daarop gefocust zijn.” En anders gaat het vaak om werk met computers. „Als bedrijven autisten zoeken, is dat vaak in de ICT. Ik kan daar helemaal niks mee. Maar ik ben bijvoorbeeld wel de koningin in telefoon opnemen, terwijl mensen zelden iemand met autisme zoeken als receptioniste.”
Gefascineerd door een onderwerp
„Je kunt niet zomaar een autist aanspreken om je computer te repareren”, zegt Bianca Toeps. Ze heeft ook autisme en schreef het boek Maar je ziet er helemaal niet autistisch uit. Daarmee hoopt ze vooroordelen weg te nemen „Wel is het zo dat mensen met autisme vaak veel weten van één specifiek onderwerp, omdat ze er helemaal induiken. Dat is vooral fijn in de academische wereld. Je wijdt je leven aan één vakgebied en daar moet je maar net zin in hebben.”
Nog een vooroordeel waar Toeps tegenaan loopt, slaat op de titel van haar boek: je ziet er niet autistisch uit. „Mensen denken altijd meteen dat je een Rain Man bent die weet dat 3 maart 1974 op een dinsdag viel. Je ziet er leuk uit, je gedraagt je niet afwijkend en daardoor denkt men dat het wel meevalt. Bij mensen met autisme is er vaak ingestampt dat ze zich normaal moeten gedragen. Zoals mensen aankijken als je met ze praat of niet zomaar met je hand gaan wapperen tijdens een gesprek. Je doet daar je leven lang heel hard je best voor.”
Niet altijd vanzelfsprekend
Hoezeer het er ook ingestampt is, vanzelfsprekend is het nog lang niet altijd, zegt Dekker. „Ik begrijp sociale situaties niet altijd. De eerste keer dat ik met een collega had afgesproken om elf uur, stond ik klokslag elf uur aan haar bureau. Ik snapte niet waarom zij nog dingen moest afmaken. Tot ze uitlegde dat elf uur ongeveer elf uur is. Collega’s leggen me vaak uit hoe het zit als ik een situatie niet begrijp. Er is begrip voor elkaar. Ik mag altijd bij ze checken hoe iets in elkaar steekt, als ik het niet begrijp.”
Dekker werkt op een normale werkvloer. Toeps probeerde dat een paar keer, maar koos er uiteindelijk voor om zzp’er te worden. „Ik kan niet functioneren op een werkvloer. Ik werk graag in mijn eigen omgeving, thuis. Als fotograaf doe ik wel fotoshoots, daar gaat dan al mijn energie in. De volgende dag laad ik mezelf op in een donkere kamer. Omdat ik zzp’er ben, doet niemand daar moeilijk over. Die vrijheid om mijn dagen zelf in te delen, maakt dat het goed voor mij werkt.”
Aanwinst op de werkvloer
Door te werken, voelt Dekker zich nuttig en waardevol in de maatschappij. Toeps voegt daaraan toe dat ook uitdaging belangrijk is. „Hoewel autisten vaak structuur willen, is teveel structuur ook niet goed. Mensen worden gelukkig van mentale uitdagingen.” En niet alleen de werknemer wordt gelukkig van werk, ook voor de organisatie kan het goed zijn. Dekker: „Doordat ik anders denk, ben ik ook echt een aanwinst voor de organisatie. Omdat ik niet heb gestudeerd, zit ik niet vast in bepaalde patronen. En ik stel heel simpele vragen, omdat ik soms dingen niet begrijp. Daardoor gaan mijn collega’s die dingen ook beter begrijpen.”
Is er dan nog iets om rekening mee te houden? „Mensen met autisme zijn ook gewoon mensen”, zegt Toeps. „Het zou zoveel makkelijker worden als we in het algemeen wat meer naar elkaar luisteren. Iemand met autisme weet zelf wat goed is voor hem of haar. Als je weet dat iemand niet goed naar feestjes of borrels kan, dan moet je diegene daar ook niet toe dwingen. Maar gewoon accepteren als iemand aangeeft dat het teveel is.”