Redactie Metro
Redactie Metro Nieuws 8 mrt 2019
Leestijd: 3 minuten

Glazen plafond barst, maar is nog niet door

Het glazen plafond: de metafoor is niet meer uit de dicussie rondom vrouwen en werk weg te denken. Het is de onzichtbare barrière die vrouwen tegenhoudt om topfuncties binnen bedrijven en overheidsdiensten te bemachtigen. Zo’n veertig jaar na de introductie van het ‘glazen plafond’ zijn vrouwen onmisbaar op werkgebied, maar er valt nog veel te halen.

Ondanks de grote vooruitgang die vrouwen de laatste jaren hebben geboekt op het gebied van arbeid en wetenschap, blijft genderongelijkheid een van de grootste problemen voor de samenleving en de economie. De metafoor ‘glazen plafond’ werd voor het eerst gebruikt door Marilyn Loden in 1978, tijdens de Women’s Exposition in New York. Loden was destijds een van de weinige vrouwen die werkte bij het telefoonbedrijf in New York. Zij gebruikte deze uitdrukking tijdens een lezing over waarom vrouwen geen topposities innemen binnen bedrijven, terwijl ze dat wel proberen.

Huishouden en gezin

Volgens haar is de achterstand van vrouwen op hun werk deels te wijten aan het stigma dat vrouwen van oudsher uitblinken als moeder en huisvrouw. In de jaren tachtig werd in Amerika ook de term ‘mommy track’ geïntroduceerd. Met die term werden jonge vrouwen beschreven die wel werkten, maar minder serieus werden genomen dan mannen of oudere vrouwelijke collega’s omdat werkgevers toch verwachtten dat ze binnenkort moeder zouden worden. Ze hadden de ‘ideale leeftijd’ en zouden binnenkort wel vertrekken om voor de kinderen te gaan zorgen.

Zelfs als vrouwen terugkwamen van hun zwangerschapsverlof, dachten werkgevers nog steeds dat ze minder efficiënt waren door hun nieuwe verantwoordelijkheden. Daardoor kregen vrouwen dus ook geen topfuncties of salarisverhogingen, want op hen was niet te bouwen. ‘Mommy track’ is de laatste jaren wel onderuit gehaald door de nieuwe wetten die het voor allebei de ouders mogelijk maken even niet te werken nadat ze een kind krijgen.

Minder diploma’s, minder werk

Het Sociaal en Cultuureel Planbureau (SCP) schrijft dat in Nederland een op de vijf topbestuurders van de 500 grootste bedrijven een vrouw is. De laatste jaren is het aandeel van vrouwen aan de top wel toegenomen, maar het zijn er dus nog steeds niet heel veel. Bij de overheid werken in vergelijking wel veel vrouwen, de rijksoverheid had als doel 30 procent topvrouwen te hebben. Dat doel is gehaald, inmiddels is 35 procent van de hoge piefen bij de overheid vrouw.

Desondanks blijft het glazen plafond bestaan ​​in verschillende werksectoren. Uit de studie Women in the Workplace 2018, blijkt dat vrouwen wereldwijd in de afgelopen 30 jaar meer diploma’s hebben behaald dan mannen, maar minder snel een baan vinden. En als ze eenmaal op de arbeidsmarkt komen, blijven ze een minderheid. Volgens de studie Women in Business: Beyond Policy to Progress nemen vrouwen wereldwijd slechts 30 procent van de leidinggevende posities in terwijl 35 procent van de bedrijven helemaal geen vrouwen in die posities heeft.

Salaris

Vrouwen verdienen in Nederland nog steeds minder dan mannen. Binnen de overheid is het verschil in salaris ongeveer 8 procent, in het bedrijfsleven 19 procent. Het feit dat vrouwen minder verdienen, komt deels door verschillen in arbeidsduur en leeftijd. Maar ook als mannen en vrouwen op deze en andere kenmerken niet verschillen, is het uurloon van vrouwen 5 tot 7 procent lager. Goed nieuws is wel dat deze loonkloof afneemt.

Verschillende hoogleraren zeggen dat het glazen plafond nog steeds bestaat, door de manier waarop over vrouwen gesproken wordt. Vrouwen zouden niet alleen de stereotype rollen omver moeten werpen, maar ook het idee over wat ze daadwerkelijk kunnen. Vrouwen moeten bewijzen dat ze net zoveel kunnen als mannen.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.