De impact van zwarte (super)helden
De baanbrekende superheldenfilm Black Panther heeft dit jaar sneller prijzen binnen geharkt dan je „Wakanda Forever!” kunt zeggen, waaronder de SAG-award voor ‘Best Cast’. In het kader van Black History Maand blikt Metro terug op de representatie van zwarte (super)helden in de mainstream media.
Sinds hun eerste verschijning in stripverhalen in de jaren 60, zijn zwarte superhelden een voorbeeldfiguur voor kinderen die ooit superkrachten wilden hebben. Vroege versies van superhelden zoals Black Panther, Luke Cage en Storm maakten de weg vrij voor de moderne incarnaties van die wij nu in series en films zien. Dat is niet alleen belangrijk voor het zwarte publiek maar voor alle groepen. „Hoe meer je toont, hoe meer perspectieven je krijgt”, vertelt Whitney Krens, cultureel analist. „Niet alleen om een ‘utopie’ te creëren, maar ook zodat je jezelf kunt identificeren met anderen.” Volgens Krens mogen we Marvel best dankbaar zijn voor het vertellen van deze zwarte verhalen. Miles Morales in Into The Spider-Verse is de Afro-Latin vertegenwoordiger die we misten, en niet alleen omdat hij een superheld is. „Het bewijst dat er verschillende soorten Spider-mannen bestaan. Dat het verhaal belangrijker is dan de huidskleur.”
Deze keuze was in de jaren 80 of 90 minder snel gemaakt. Het beeld van zwarte acteurs in de media was destijds vrij nauw, stelt Krens. „De zwarte persoon was altijd een side-kick. Een beetje lollig, niet zo slim of juist erg naïef.” Een trend die volgens Krens ook zichtbaar is in de kinder- en tienerboekenwereld in het genre ‘Coming of Age’. De hoofdpersonen in het verhaal zijn vaak wit, zoals in de Harry Potter-reeks of de verhalen van Carry Slee. Daarom is het belangrijk dat er ook zwarte verhalen, karakters en kinderboekenschrijvers zijn die deze belangen behartigen. Zoals Sharid Alles, 3FM-zendermanager en kinderboekenschrijver, die vorig jaar het kinderboek Rocca en het geheime toverrecept publiceerde. „Er was zeker sprake van een diversiteitsagenda maar dat was ook nodig”, beargumenteert Krens. „Zwarte schrijvers bestormen de markt en vertellen het verhaal van een gelaagde personage, geen stereotypes. Hierdoor worden minderheden vaker neergezet als individu en niet als een groep.”
Zwart geld
De grote push achter diversiteit is niet alleen filantropisch, er zit ook daadwerkelijk geld in, beargumenteert Krens. Black Panther was de best bezochte superheldenfilm ooit in Nederland. Ook modemerk Gucci is op de diversiteitstrein gesprongen. „Gucci heeft de afgelopen jaren een enorme boost gehad als een merk, voornamelijk door het bewerkstelligen van relaties met zwarte rappers in de Verenigde Staten. Zwarte modellen worden continu vertegenwoordigd in hun advertorials samen met de felle kleuren uit de Afro-modecultuur.” De Valentino-show tijdens Parijs Fashion Week vormde ook een hoogtepunt, en niet alleen door de tepels van Naomi Campbell die opgewekt over de catwalk huppelden. De show bevatte een recordaantal zwarte modellen – 43 zwarte modellen van de 65 in totaal – en bracht velen tot tranen, waaronder zangers Celine Dion. Deze representatie is zeldzaam in de couture wereld waar gekleurde modellen vaak niet en masse worden geboekt. „Met de vertegenwoordiging van zwarte modellen krijgt het publiek ook een goede vibe van het merk. Ze zijn daardoor meer geneigd om zich aan het merk te binden. Daar is Disney ook achter gekomen.” In juli 2019 gaat de nieuwe Lion King-bioscoop film in première, een remake van de originele animatiefilm uit 1994 met Donald Glover, Beyoncé en James Earl Jones in de hoofdrollen. „Disney speelt hiermee perfect in op de nostalgische gevoelens van millennials en mixt dit met hun favoriete zwarte beroemdheden”, lacht Krens. „En het gaat waarschijnlijk gewoon werken.” Ook de wat rauwere verhalen worden steeds populairder. In de film The Hate U Give – die nu in de bioscoop draait – wordt het verhaal verteld van een ongewapende zwarte tiener die door de politie wordt neergeschoten. Hierbij staat het idee centraal dat wij als burgers verantwoordelijkheden hebben die verder gaan dan onze individuele behoeftes. „Het boek gaat over zwarte personages, zwarte karakters en zwart leed. Mensen willen dit ook echt kijken.”
Maar de verhalen mogen nog diverser, pleit Krens. De Afro-Carribische verhalen zijn volgens haar sterk ondervertegenwoordigd. „Het beeld dat we nu – door de media – hebben, is vrij eendimensionaal. Alsof ze allemaal halve dagen werken, een beetje in hangmatten hangen en weer naar huis gaan.” Onjuist, vindt Krens. Daarom mist zij de diepe, sterke en diverse Afro-Carribische verhalen. Net als de West-Afrikaanse verhalen. „Afrika is een continent, niet een land. Daar liggen nog zoveel bijzondere en herkenbare verhalen die verteld mogen worden.”