‘Het mbo is de motor van de maatschappij’
Mbo-studenten krijgen regelmatig te maken met stigma’s. Van termen als laagopgeleid en deelnemer tot het ontbreken van de studentenkorting. Volgens de nieuwe landelijke mbo-ambassadrice, Desiree Hernandez (25), is dit ‘ronduit beledigend’. Zij wil er tijdens haar ambassadeurschap dan ook alles aan doen om dat te veranderen. „Ik wil laten zien dat neerkijken op het mbo helemaal niet nodig is.”
De discussie over wat de definities hoog- en laagopgeleid betekenen, speelt al een tijdje. Zo zou het mbo gelijk staan aan laagopgeleid en werken met je handen. Terwijl het hbo en universitair onderwijs staan voor hoogopgeleide mensen die hun hersenen goed gebruiken. „Ik vind het beledigend. Het gaat niet om hoog-of laagopgeleid. Een baan doe je niet alleen met je handen of alleen met je hoofd. Je hebt beide nodig. Ook mensen met een mbo-opleiding moeten hun hoofd gebruiken tijdens hun werk”, stelt Desiree
De in Nederland geboren Desiree heeft van haar 16e tot en met haar 20ste in de Verenigde Staten gewoond. Haar half-Nederlandse moeder en half-Mexicaanse vader wilden graag terug naar de VS. Daar ligt namelijk een deel van hun roots. Waar er volgens Desiree in Nederland een stigma rust op het mbo is dat in de Verenigde Staten niet zo. „In Amerika heb je Community College (vergelijkbaar met het mbo) en University (vergelijkbaar met het hbo en de universiteit). Daar hangt er geen stigma omheen. Ik heb ook nooit op mensen neergekeken die Community College deden.”
Taalachterstand
Toen ze 20 was, ging Desiree op vakantie naar Nederland. Ze voelde zich hier zo op haar plek dat ze niet meer weg wilde. Daarom verhuisde ze met haar broer terug naar het land waar ze haar jeugd had doorgebracht. „Toen ben ik gaan nadenken over welke opleiding ik wilde doen. Een hbo-opleiding trok me wel, want dan kon ik docent Engels worden. Maar omdat ik 4 jaar in de VS heb gewoond, was ik bang dat ik een te grote taalachterstand zou hebben. Dus ben ik gaan kijken wat ik kon doen om me voor te bereiden op het hbo en mijn toekomstige loopbaan.” Zo kwam ze uit bij de mbo-opleiding onderwijsassistent. Wat haar vooral aansprak, was de hoeveelheid praktijkervaring die ze op zou doen. „Praktijkervaring is natuurlijk heel belangrijk als onderwijzer. Des te meer ervaring je hebt des te beter, je werkt namelijk met kinderen.”
Hoewel Desiree er zelf van overtuigd is dat het volgen van een mbo-opleiding de juiste beslissing was, krijgt ze weleens bijzondere reacties van mensen in haar omgeving. „Als ik zeg dat ik op het mbo zit, zie je dat mensen zoiets hebben van: ‘o echt, doe je dat’. Ze denken dat mbo voor domme mensen is of voor handarbeiders. De schuine gezichten die mensen je dan geven vind ik gewoon walgelijk. Je voelt je daardoor minder terwijl dat helemaal niet hoeft.”
Verandering
Genoeg reden om te streven naar verandering. Desiree is naar eigen zeggen geen klager. Ze wil meewerken aan een oplossing omdat dat bij haar ‘takenpakket’ hoort. Haar werk als klassenvertegenwoordiger en deelname aan de studentenraad waren dan ook een logische stap. Ook werd ze derde bij de vakwedstrijd Skills Heroes en won ze de mbo-verkiezing van haar school, Albeda. Daarnaast is ze sinds vorige week de nieuwe landelijke mbo-ambassadrice en denkt ze hard na over wat ze als vertegenwoordiger van het mbo wil bereiken.
„Ik wil de waarde van mbo laten zien. Vaak worden de slechte dingen uitgelicht. Ik wil zoveel mogelijk de mooie kanten van het mbo naar boven halen.”, vertelt Desiree. Zonder het mbo zou er volgens haar namelijk bijna niks in Nederland zijn. Het mbo is de motor van de maatschappij. „Daarnaast moet het aantal uitvallers tijdens het eerste jaar aangepakt worden. De meeste mensen die zich aanmelden voor het mbo zijn nog jong en weten niet wat ze willen. Daarom moeten deze jongeren beter begeleid worden bij hun studiekeuze. Als laatste is het belangrijk voor mbo’ers dat het imago van het mbo verandert. Het gevoel hebben dat je minder bent omdat je het mbo doet is gewoon waardeloos.”