Imre Himmelbauer Nieuws 5 sep 2018, 14:39

Leestijd: 4 minuten

Nikki’s (28) pikante video kwam online te staan

Een pikante foto of video sturen naar je vriend of vriendin kan leuk en spannend zijn. Maar het kan ook volledig verkeerd uitpakken, zo ondervond Nikki Lee Janssen bijna twee jaar geleden. Haar data zijn toen buitgemaakt door een hacker. Voor ze überhaupt kon reageren, stond de eerste video al online. Later kwam de video zelfs nog op Dumpert: „Toen stortte ik wel echt in elkaar.”

De video’s en foto’s die Nikki maakte, waren alleen voor haar vriend bedoeld. Ze hadden destijds, jaren geleden, een langeafstandsrelatie. Toen de twee gingen samenwonen, besloten ze alle beelden in een Dropbox te zetten. Alleen Nikki en haar vriend hadden uiteraard toegang tot die Dropbox. Totdat de hacker om het hoekje kwam kijken en alle data uit de Dropbox buitmaakte. Hij stuurde haar vriend met haar (ook gehackte) Facebookprofiel een berichtje dat ze 3000 bitcoins moest overmaken (tegenwoordig zo’n 14,5 miljoen euro, toen minder). Voordat ze überhaupt kon reageren, stond het eerste filmpje al op haar Facebook.

Paniek

Nikki ondernam meteen actie: „Ik zat wel in de paniek, maar was me wel bewust van wat ik moest doen. M’n wachtwoorden veranderen, printscreens maken, dat was mijn eerste gevoel en idee erbij. Een paar minuten later belde ik de politie om te kijken wat zij adviseerden, maar dat kwam redelijk overeen met wat ik zelf al deed. Ik heb m’n vriend niet eens kunnen bellen, omdat ik zo bezig was met alles eraf halen en oplossingen bedenken.”

Daarnaast dreigde de hacker het filmpje ook op Dumpert te zetten. „Toen hebben we ook meteen Dumpert gebeld om de situatie uit te leggen. We hebben ze toen gevraagd om het niet te plaatsen, omdat wij met dat materiaal gechanteerd werden”, legt Nikki uit.

Instorten

Ze had de telefoonnummers waarmee de hacker contact probeerde te leggen inmiddels ook geblokkeerd. Kat in het bakkie, zou je zeggen. „Die middag was het ook redelijk rustig”, vertelt Nikki. „Totdat ik om halfacht een berichtje kreeg dat ik op Dumpert stond. Toen stortte ik wel echt in elkaar. Ik dacht: ‘Hoe kan hij van een platform als Dumpert de ruimte hebben gekregen om mij zo in zijn macht te hebben?’ Ik zag het tellertje met de seconde oplopen. Het stond er nog geen uur op en het was al 30.000 keer bekeken.” Het filmpje werd uiteindelijk pas na anderhalve dag met bijna een miljoen views verwijderd.

Overigens is Nikki niet de enige die iets dergelijks heeft meegemaakt. Dit gebeurt, op kleinere schaal, erg vaak. De politie riep dinsdag nog op om te stoppen met sexting, oftewel het uitwisselen van pikante foto’s en filmpjes. Eerder adviseerde de politie nog de beelden te anonimiseren, maar inmiddels is de politie erachter gekomen dat door het internet anonimiteit niet meer bestaat, schrijft het AD.

Verkeerde boodschap

Een wat vreemde oproep, vindt Nikki. „Ik vind het goed dat de politie het signaal afgeeft dat het een probleem is, want dat is het ook. Maar ik denk dat de boodschap verkeerd is, omdat je juist de mensen die slachtoffer zijn geworden de schuld geeft. Daarnaast hoort het op dit moment toch wel bij het experimenteren van jongeren tegenwoordig.”

Ook Slachtofferhulp Nederland vindt de oproep heel begrijpelijk, maar wil niet dat de schuld bij het slachtoffer komt te liggen. „Natuurlijk is voorzichtigheid geboden en zullen wij nooit adviseren om naaktfoto’s te versturen. Maar het is eigenlijk te zot voor woorden dat dit zo veel gebeurt en dat dit aan de orde van de dag is. Wij zullen altijd klaarstaan voor de slachtoffers en het is niet hun schuld, maar de schuld van de dader”, zegt voorlichter Jytte Reichert.

Rechtszaak

Inmiddels is Nikki er bovenop: de politie heeft een verdachte te pakken en Dumpert heeft na een rechtszaak alle advertentie-inkomsten die zijn verdiend toen het filmpje online stond aan Nikki gegeven. De rechtszaak tegen de verdachte moet nog worden behandeld.

Nikki heeft over haar verhaal ook het boek Niet van iedereen geschreven. „Ik dacht eerst: ‘Oh, mijn verhaal, dat is maar 100 tot 150 pagina’s.’ Maar ik heb het onderwerp ook aan de hand van professionals juridisch en politiek behandeld en ook iemand gesproken die zich meer bezighoudt met cybercrime. Het is daardoor echt een soort van groot handboek geworden voor zowel slachtoffers als ouders van slachtoffers. En het schrijven ervan heeft me ook geholpen bij het verwerken van het incident. Ik ben er echt heel erg trots op.”