Hardi N. beloofde rechter geen gekke dingen te doen
Nederland was gisteren in de ban van een angstaanjagend nieuwsbericht: in de Limburgse plaats Weert waren zeven terreurverdachten opgepakt. De mannen tussen de 21 en 34 jaar oud zouden plannen hebben gehad om een terroristische aanslag te plegen op een groot evenement. Eén van hen zat zelfs nog in zijn proeftijd, omdat hij had vastgezeten op verdenking van het aansluiten bij islamitische extremisten in Syrië. Wat weten we tot nu toe?
Grote politieactie
Naast een aanslag op een groot evenement hadden de terreurverdachten ook een autobom willen laten ontploffen. Voor de aanslag wilden ze vermoedelijk machinegeweren en bomvesten gebruiken. Bij hun aanhouding vond de politie in totaal vijf handvuurwapens. „Dit is meer dan een klein clubje jongens dat een keer heeft gefilosofeerd over een aanslag”, vertelde terrorismedeskundige Jelle van Buren donderdagavond tegen Nieuwsuur. Volgens de deskundige gaat het om een serieuze poging tot een grote aanslag.
Dat blijkt ook uit hoe groot de politieactie donderdag was. In totaal werden zo’n vierhonderd mensen ingezet, van speciale interventieteams tot aan helikopters. Aan de aanhoudingen zijn volgens het Openbaar Ministerie maanden van onderzoek voorafgegaan. Dat begon in april met informatie van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) over een 34-jarige Irakees die in Arnhem woont. Volgens minister Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid was de Irakees toen al bezig met het voorbereiden van de terroristische aanslag. „Hij was op zoek naar andere mensen die hem daarbij wilden helpen”, vertelde hij tegen RTL Nieuws.
‘Ik zal geen gekke dingen doen’
De AIVD kende de Irakees, Hardi N., omdat hij eerder was veroordeeld tot 24 maanden cel vanwege een poging tot uitreizen naar het gebied waar IS destijds actief was. Onder het mom van jihad wilde hij zich samen met een medeverdachte aansluiten bij islamitische extremisten. Omdat er volgens het gerechtshof in Den Haag sprake was van „prille positieve ontwikkelingen” werden maar liefst 21 van de 24 maanden voorwaardelijk gemaakt. N. liet zich bij een kliniek behandelen voor een posttraumatische stressstoornis, had met een door de reclassering aangedragen deskundige gesprekken over het geloof en herstelde de banden met zijn familie. Eerder zei hij in de rechtbank dat hij niet extreem was. „Ik heb nooit de intentie gehad om me aan te sluiten bij strijdgroepen. Ik verzeker u dat ik geen gekke dingen zal doen.” Maar niets blijkt minder waar.
Samen met de zes andere verdachten verbleef hij op een vakantiepark in Weert, waar ze werden aangehouden. Ondanks dat ze in Weert verbleven, komen de verdachten daar niet vandaan. Drie van hen, waaronder N., komen uit Arnhem. Twee uit Rotterdam, één uit Vlaardingen en één uit Huissen. Donderdagavond- en nacht werden huiszoekingen gedaan bij de verdachten. Deze zijn inmiddels afgerond. De politie heeft nog geen mededelingen gedaan daarover, verwacht wordt dat er eind van de middag meer bekend wordt.
Nog altijd gevaar
De laatste tijd leek het alsof de periode van grote aanslagen voorbij was. Het waren vooral eenlingen die in naam of gecoördineerd door IS iets met messen probeerden, aldus Van Buren tegen Nieuwsuur. Volgens de deskundige laat deze politieactie zien dat ook mensen die wilden uitreizen maar niet konden, nog steeds een gevaar vormen. Terrorismedeskundige Edwin Bakker denkt er hetzelfde over. „Er is in Nederland nog steeds een groep die ontevreden is en sympathiseert met IS”, vertelt hij tegen Trouw.
De deskundigen leggen uit dat de mensen die er van verdacht worden te hebben willen uitreizen naar Syrië of Irak, relatief kort vastzitten in de gevangenis. Daar zijn ze waarschijnlijk alleen nog maar bozer geworden en hebben ze vaak nieuwe contacten opgedaan. Bakker vindt dat we daarom eens moeten nadenken over langere straffen voor dit soort mensen. Volgens Van Buren moeten we ook kijken naar de rest van Europa, waar mensen met dezelfde gedachten leven en ze makkelijk de grens over kunnen komen. „Dit is ingewikkeld en vraagt om nieuwe oriëntatie.”