Anne Kersten Nieuws 21 aug 2018, 11:10

Leestijd: 3 minuten

‘Als je alles geeft, kun je ook niet verliezen’

Wat is na 163 kilometer en 55 uur zwemmen het eerste wat je ’s ochtends doet? Precies, in bad gaan. In een radioprogramma van Omroep Brabant zei Maarten van der Weijden dat hij van zijn vrouw in bad moest. „Ik stonk, zei ze.”

Na een bad en knuffelen met zijn kinderen, gaat Van der Weijden zijn slaaptekort in proberen te halen. Dat de zwemmer graag wil slapen, snapt docent gezondheid, voeding en sport Lieke Schiphof-Godart wel.

Met de kippen op stok

„Dat slaapgebrek heeft ook zeker een rol gespeeld de afgelopen dagen en dat zal hij ook zeker in moeten halen.” Toch zou ze hem adviseren vooral voor de lange nachtrust te gaan. „Hij kan middagdutjes doen, maar het beste is toch gewoon vroeg naar bed gaan.”

Het herstellen van zo’n intense prestatie is zaak de komende dagen, maar het zou goed moeten komen. „Als hij voldoende eet, drinkt en rust neemt, zou hij binnen een week weer de oude kunnen zijn.” Het eten en drinken was tijdens Van der Weijdens 11stedenzwemtocht moeilijk, dus „kan het ook zeker zo zijn dat hij een beetje uitgedroogd is”.

Maarten was niet ziek

Toch is dat volgens zijn begeleidend arts Marco Blanker niet het geval. Schiphof-Godart vertelt dat ze contact met hem heeft gehad: „Hij vertelde dat de labuitslagen al snel binnen waren gekomen en dat er eigenlijk helemaal niets mis was met Maarten. Hij was niet ziek en ook niet uitgedroogd.” In het ziekenhuis had Van der Weijden nog een zoutoplossing via infuus gekregen, Dat is medisch niet strikt nodig, maar geeft het lijf wel even kans om te herstellen.

„Blanker heeft het idee dat er een darmprobleem was. Al het bloed ging namelijk naar Maartens spieren toe om de inspanning vol te houden en de darmen kregen geen bloed meer, die werden stopgezet door zijn lichaam. Als je dan gaat eten, word je misselijk. Het eten kan immers niet meer naar je darmen.” Zodra Van der Weijden stopte met zwemmen, ging het ook al beter.

Had hij door gekund?

Of dat betekent dat hij door had kunnen zwemmen, durft Schiphof-Godart niet te zeggen. „Hij kon op dat moment niet eten of drinken en nam zijn medicijnen niet. En zijn artsen wisten niet wat eraan de hand was: dit was de enige logische keuze.”

Hoewel hij dan niet ziek was, was Van der Weijden wel op. „Hij zat aan de grens van zijn lichaam en dat merkte hij zelf ook. Daarom is hij ook niet teleurgesteld of verdrietig nu”, vertelt Schiphof-Godart. „Hij zei tegen Marco Blanker: ‘Als je alles geeft, je ook niet kunt verliezen’. Maarten heeft er echt vrede mee, hij heeft alles gegeven. En het doel om veel geld in te zamelen voor het KWF heeft hij natuurlijk ruimschoots gehaald.”

Trots

En dat is het belangrijkste: dat Van der Weijden trots is op zijn prestatie. „En dat mag hij ook zeker zijn, zo lang achter elkaar zwemmen of sporten in het algemeen wordt bijna niet gedaan.” Herstel kan dan nog wel een paar dagen tot misschien wel weken duren, maar is niets wat superheld Maarten van der Weijden niet aankan.