Ook jonge honden worden gediscrimineerd op leeftijd
Veel mensen zijn om uiteenlopende redenen weleens afgewezen voor een baan. Je had niet de juiste ervaring, of juist teveel ervaring, of misschien paste je niet in het team. Afwijzing op grond van leeftijd is echter niet toegestaan, maar blijkt nog steeds veel te gebeuren.
Donderdag publiceerde het College van de Rechten van de Mens een rapport waarin kenbaar wordt gemaakt dat leeftijdsdiscriminatie nog steeds een groot probleem is op de arbeidsmarkt. Dit zou voornamelijk een probleem zijn voor oudere werkzoekenden.
Buiten de boot
In veel vacatures valt bijvoorbeeld te lezen dat er gezocht wordt naar een jonge hond, een student, of een starter. Duidelijk is dat een heleboel oudere werkzoekenden in deze gevallen buiten de boot vallen.
Toch zijn het niet alleen oudere werkzoekenden die worden afgerekend op hun leeftijd. Ook jonge mensen krijgen hier mee te maken. Zo ook Muriël uit Amsterdam.
„Ik was twintig en werkzaam in een kledingwinkel, ik verving regelmatig de manager van de winkel op de dagen dat zij er niet was. Toen zij vertrok, solliciteerde ik naar haar functie.
Individuele kwaliteiten
Vervolgens kreeg ik te horen dat ik het niet was geworden omdat ik te jong zou zijn. De baan ging in plaats daarvan naar de vriend van mijn baas, terwijl hij geen enkele ervaring had voor de baan en nooit eerder een soortgelijke functie had uitgeoefend.”
Marcel Koenen, hoofddocent Culturele diversiteit en Jeugd aan de Universiteit Utrecht, geeft aan dat het waarschijnlijk zo is dat veel bedrijven in hun zoektocht naar personeel op zoek zijn naar iemand die past in het plaatje. „Ze hebben al iemand in hun achterhoofd. Jongeren worden bijvoorbeeld gezien als enthousiast en fanatiek. Het is echter niet eerlijk, want je beoordeelt iemand hiermee niet op zijn of haar individuele kwaliteiten.”
Geen kennis
Volgens Koenen komt het discrimineren op grond van leeftijd nog zoveel voor, omdat veel bedrijven geen kennis hebben van het recht en dus niet goed doorhebben wat wel en niet mag.
Muriël bleef nog een half jaar werken in de kledingwinkel, alvorens zij besloot op te stappen. Op de vraag wat Muriël voor stappen had kunnen ondernemen tegen haar baas, zegt Koenen: „zij had een klacht kunnen indienen bij het meldpunt discriminatie aanwezig in iedere gemeente.”
Een dergelijke klacht werd nooit door Muriël ingediend omdat zij er wel nog moest blijven werken. „Het had mijn kansen er niet beter op gemaakt, en bovendien ging het om een mondelinge uitspraak en zou het dus moeilijk worden om te bewijzen dat mijn baas dit echt gezegd had."