Vijf vragen over chroom-6
Het Ministerie van Defensie ligt onder vuur vanwege het gebruik van chroom-6 op verschillende locaties van Defensie. Metro stelt vijf vragen over chroom-6.
Wat is chroom-6?
Chroom-6 is een grondstof dat zich makkelijk hecht aan verschillende soorten metalen. Ook kan het verwerkt worden in onder meer hout, verf en plastic. Het stofje wordt vooral veel verwerkt in bouwmaterialen als ingrediënt voor extra stevigheid of als bescherming tegen roest. Zo kan je chroom-6 bijvoorbeeld vinden als deklaag van militaire voertuigen. Decennialang wordt chroom-6 al gebruikt in de verf- en staalindustrie, ook in de NAVO-depots van Defensie komt het stofje veel voor. De depots zijn gelegen in Nederland waar alleen Nederlanders werken. In de depots liggen Amerikaanse legermateriaal. Veel medewerkers zijn op deze manier dus blootgesteld aan chroom-6.
Tegenwoordig werken we veel minder met chroom-6 vanwege de gezondheidsproblemen die erbij komen kijken. Dierproeven hebben aangetoond dat chroom-6 kanker kan veroorzaken. Het tast het DNA aan waardoor tumoren ontstaan in het lichaam. De meest voorkomende vorm is longkanker, maar chroom-6 kan ook kanker veroorzaken in andere organen zoals de dikke darm.
Hoe komt het in het lichaam terecht?
Chroom-6 kan op drie verschillende manieren in het lichaam komen: via de huid, door inademen of door inslikken. Via de poriën kan het goedje in het lichaam komen, via het inademen komt het in de luchtwegen en via doorslikken in de maag en darmen. Wel moet de chroom-6-verbinding oplossen in het water van het longslijm, maagsap of zweet van de huid. Nadat het opgelost is, kan de chroom-6-verbinding een lichaamscel ingaan en in het lichaam komen.
Waarom ligt Defensie onder vuur?
Het blijkt dat Defensie al vanaf de jaren 80 op de hoogte was van de slechte bescherming van het personeel en de gevaren die chroom-6 met zich meebrengt. Het bieden van voldoende bescherming op werkplaatsen heeft Defensie niet gedaan. Ook hebben ze de gevaren niet gecommuniceerd met werknemers en bedrijfsartsen. Veel mensen die bij Defensie werkten en met chroom-6 in aanraking kwamen, hebben er gezondheidsklachten aan overgehouden.
Hoe gaat het nu verder?
Staatssecretaris Visser van Defensie bood maandag haar excuses aan aan duizenden medewerkers van vijf NAVO-depots die ziek zijn geworden door chroom-6. Defensie gaat de slachtoffers en hun nabestaanden smartengeld aanbieden. Het RIVM heeft onderzoek gedaan naar het gebruik van chroom-6 op POMS-locaties (NAVO-depots) van Defensie. De onderzoeksresultaten zijn 4 juni vrijgegeven en op 6 juni is er een bijeenkomst waar RIVM toelichting gaat geven op de onderzoeksresultaten.
Zijn de medewerkers tevreden?
Nee. Hoewel Defensie dus smartengeld wil betalen, is niet iedereen hier blij mee. De schadevergoeding zou veel te laag zijn, ook voor de nabestaanden die opeens geen (tweede) inkomen meer hebben en een begrafenis moesten betalen. Of er gelden voorwaarden waardoor veel ziektes, die ook veroorzaakt zijn door chroom-6, buiten de boot vallen en zo ook de slachtoffers. Hierdoor kunnen ze toch geen aanspraak maken op het smartengeld. Volgens letselschadespecialist Yme Drost gaan de slachtoffers naar de rechter.