Klaas Boomsma ruilde drank en coke in voor hardlopen
Klaas Boomsma (42) concludeerde aan de vooravond van zijn 37e verjaardag dat zijn leven mislukt was. Verslaafd aan drank en drugs, een doos vol niet-betaalde rekeningen, een stukgelopen relatie en als klap op de vuurpijl een rechtszaak, omdat hij dronken achter het stuur gekropen was. Zijn laatste redmiddel was een kliniek in Zuid-Afrika, waar hij zijn verslaving aan alcohol en cocaïne inruilde voor hardlopen. Deze week, inmiddels ruim vijf jaar clean en verschillende marathons verder, ligt zijn verhaal in boekvorm in de winkel: Ren voor je leven.
Je was bijna twee derde van je leven verslaafd.
Op mijn dertiende ben ik begonnen met drinken. Dat was heel lang gezellig, maar mondde uit in full-blown alcoholisme. Eigenlijk heeft drank altijd een negatieve invloed op mijn leven gehad. Ik dronk meteen te veel, kon geen maathouden. Zo beoordeelde ik het toen niet, ik dacht: dit is wat mensen doen, je gaat zuipen en dan ga je te ver. Er waren wel meer vriendjes die dat deden. Heel lang dacht ik dat het een fase was, dit doe ik nu, straks doe ik weer normaal. Maar het ontwikkelde zich steeds problematischer. Lang heb ik dingen overeind kunnen houden, maar toen ik bijna ontslagen werd, mijn relatie stukliep en ik werd opgepakt met drank achter het stuur en voor de rechter moest verschijnen, werd het me ineens heel snel duidelijk; als ik zo doorga, beland ik op straat.
In de kliniek begon je met hardlopen, hoe kwam je op het idee?
Ik zat op een van de eerste ochtenden in de ontbijtzaal toen ik een paar mensen binnen zag komen die net hadden hardgelopen. Dat zag er zo relaxed uit, ik dacht, misschien moet ik dat ook maar gaan doen. Ik had als 13-jarige weleens hardgelopen en stond in de sportschool weleens op de loopband. Maar nu dacht ik, ik ben hier nu op zo’n mooie plek, dicht bij het strand. Dit ga ik doen. De eerste maand liep ik om de dag 3 kilometer, in de twee maanden die volgden in Zuid-Afrika ben ik dat uit gaan breiden naar 10 kilometer. Ik was bang om blessures te krijgen en wilde hier niet ook weer verslaafd aan raken.
Was je lichaam nog wel in staat om hard te lopen?
Ja. Toen ik in de kliniek kwam, ben ik uitvoerig getest en ik was eigenlijk heel erg gezond. Wat best bijzonder is, want vanaf mijn dertiende rookte ik als een ketter en ik heb ook bijna 25 jaar gedronken. Ik heb heel erg mazzel met mijn lichaam.
Is hardlopen een verslaving voor je?
Zeker in de eerste jaren na de kliniek. Toen ik terugkwam in Amsterdam, was ik vrij obsessief met hardlopen bezig. Als ik daarop terugkijk, zitten er redelijk veel parallellen in met mijn verslaving. Ik ging naar mijn werk, naar AA-meetings en in mijn vrije tijd was ik bezig met hardlopen. Het liefst was ik alleen maar aan het hardlopen en als ik niet kon lopen, keek ik er video’s over op YouTube, of ik las erover. Ik ben toen ook meer gaan lopen. Eerst vier keer, daarna vijf, zes keer per week. In dit geval heeft het positief voor me uitgepakt, doordat ik er zo mee bezig was, heeft het me veel geleerd over de theorie van het lopen, dat kan ik nu gebruiken in mijn werk als looptrainer en hardloopschrijver. En als je dan toch ergens obsessief mee bezig bent, dan beter hiermee. En ik had (en heb) er ontzettend veel plezier in. Drinken en coke gebruiken deed ik op het laatst niet meer voor mijn plezier, dat deed ik omdat ik verdoofd wilde zijn. Hardlopen is vanaf de allereerste keer dat ik het deed in Zuid-Afrika tot vandaag nog steeds iets positiefs.
Wat wil je ons met Ren voor je leven vertellen?
Dit is mijn verhaal. Ik wil duidelijk maken dat je niet in de teringtroep hoeft te blijven zitten, je kunt eruit komen en hardlopen kan je daar heel goed bij helpen. Ik geloof wel dat dat voor heel veel mensen geldt. Of je nu vast zit op je werk, onzeker bent, maar ook bij verschillende vormen van depressie, hardlopen kan een heel probaat middel zijn. Het is zeker niet zo van ‘nou ga maar een eindje lopen dan komt alles goed’. Ik hoop dat dat ook wel duidelijk wordt in het boek.
Zo ga je elke dag lopen
Ik vroeg me af, heeft Klaas ook weleens geen zin om te lopen? Zijn eerste reactie? Nee. Maar goed, dat geloofde ik eerlijk gezegd niet zo, want iedereen – ook ik – heeft toch weleens geen zin om naar buiten te gaan? En daar kwam het hoor; als het heel hard waait, koud en nat is buiten, moet Klaas extra moeite doen om zichzelf te motiveren, maar hij gaat altijd. Hij trekt zijn windjackje aan en gaat toch naar buiten. Een aantal motivatietips:
1. Zorg voor rituelen, ik leg mijn kleding altijd klaar van tevoren, bedenk welke route ik ga lopen.
2. Voor mij werkt het heel goed om me van tevoren voor te nemen op welk tijdstip ik ga lopen. Een schema. Als hardlopen facultatief is, is het moeilijker om de keuze te maken om daadwerkelijk te gaan.
3. Denk niet te veel na, maar ga gewoon, er zijn altijd wel smoesjes te bedenken om niet te gaan.
4. Als je hardlopen in het begin niet leuk vindt, spreek dan met jezelf een tijdsblok af waarin je het gaat proberen. Probeer het eens acht weken, drie keer per week en oordeel dan nog een keer.
5. Ontdek het goud van hardlopen. De activiteit zelf. Als je die hebt gevonden, blijf je het altijd doen. In sommige fases misschien meer dan in andere, maar je zult er altijd op terug blijven vallen.