Delft beste studentenkamerstad, Utrecht is een ramp
De jacht op de studentenkamers staat op het punt van beginnen. Het is vechten voor een plekje, want er is er is een groot tekort aan studentenkamers. Sommige steden doen hard hun best om het tekort aan te pakken, bijvoorbeeld door leegstaande kantoren om te bouwen tot studentenhuizen. Volgens onderzoek van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) scoort Delft het beste op dat gebied. Rotterdam en Utrecht bungelen juist onderaan in de lijst, omdat deze gemeenten het ombouwen van andere panden juist tegenwerken.
We zetten de onderzochte studentensteden op een rijtje:
1. Delft
Deze stad heeft een aardig tekort van 1300 kamers, maar de gemeente probeert dat tekort volgens de LSVb snel op te lossen. Er is bijvoorbeeld geen vergunning nodig om met meerdere personen in een woning te wonen, wat het voor particulieren veel gemakkelijker maakt om een huis aan studenten te verhuren. Ook probeert Delft zo veel mogelijk leegstaande kantoren tot studentenhuis om te bouwen.
2. Leiden
Kort achter Delft volgt Leiden. Hier is een tekort van 2000 kamers, maar de gemeente probeert studenten zo veel mogelijk tegemoet te komen. Zo is er wel een vergunning nodig om een pand om te bouwen tot studentenwoning, maar die wordt vrijwel altijd toegekend. Daarnaast is er een Task Force Studentenhuisvesting opgericht, waarin de betrokken partijen (zoals de gemeente en woningcorporaties) overleggen om meer studentenhuisvesting te creëren.
3. Nijmegen
Ook Nijmegen gaat vrij soepel om met studentenwoningen. Zo is er pas een vergunning nodig als er vijf studenten in een huis wonen (of drie, bij kleine woningen). Ook probeert de gemeente zo veel mogelijk te bemiddelen met relevante partijen om zo veel mogelijk kamers vrij te maken voor studenten. Dat is overigens ook best nodig, want er is een tekort van 2700 kamers.
4. Amsterdam
In Amsterdam zijn er liefst 12.000 kamers te weinig. Je zou verwachten dat de gemeente dat probleem dus wel wil aanpakken, en dat is ook het geval, aldus de LSVb. Elk stadsdeel heeft een eigen huurteam, dat informatie geeft en helpt bij het zoeken van een woning of kamer. Wel kent Amsterdam vrij strenge regelgeving als het aankomt op het ombouwen van panden tot studentenwoningen.
5. Wageningen
Deze stad heeft nauwelijks een tekort aan kamers (het zouden er zo’n 100 zijn), maar Wageningen probeert in samenwerking met corporaties en particuliere partners zo veel mogelijk studentenkamers te creëren. De informatievoorziening over huren loopt nog wel achter ten opzichte van andere gemeenten.
6. Tilburg
Ook Tilburg werkt goed samen met corporaties, waardoor er vrij veel studentenkamers rond de universiteit, het centrum en het treinstation zijn. Wel is het vrij moeilijk om een vergunning te krijgen om een studentenwoning te maken van een pand. Er mag bijvoorbeeld geen andere studentenhuisvesting binnen 50 meter van het pand zijn. Er is in Tilburg een tekort van 800 kamers.
7. Groningen
Groningen doet elke twee jaar onderzoek naar de vraag en het aanbod over studentenkamers. Er is ook een groep waar corporaties, onderwijsinstellingen en studentenorganisaties bij elkaar komen om het probleem aan te pakken. Er zijn de afgelopen jaren duizenden nieuwe kamers gemaakt. Maar voor particuliere huur scoort Groningen niet zo goed: zonder vergunning mogen er maar twee studenten in een huis wonen. Er is nog een tekort van 1900 kamers.
8. Eindhoven
De gemeente Eindhoven probeert leegstaande panden zo veel mogelijk om te bouwen, en door spaceboxen (containerwoningen) op braakliggende stukken grond te plaatsen. Maar voor particulieren wordt het moeilijk gemaakt om een woning aan studenten te verhuren: er zijn strenge regels en de vergunningen zijn erg duur. Eindhoven heeft een tekort van 2100 kamers.
9. Utrecht
In Utrecht zijn er 5100 kamers te weinig – na Amsterdam het grootste tekort. De gemeente probeert dat op te lossen door studenten goed te informeren. Er is een goed huurteam, een meldpunt voor huisjesmelkers en een actieplan voor studentenhuisvesting. Maar volgens de LSVb is dat ‘symptoombestrijding’: het tekort aan kamers zou door de stad zelf in stand worden gehouden. De regels zijn namelijk erg streng: als een huurder zonder vergunning een pand heeft verhuurd, worden de bewoners op straat gezet. En de regels om een pand om te bouwen zijn bijzonder streng.
10. Maastricht
Ook in Maastricht zijn de regels voor particuliere huur erg streng. Zo wil de gemeente per jaar niet meer dan 120 vergunningen verlenen voor nieuwe studentenhuizen. Wel controleert Maastricht grotere studentenhuizen op brandveiligheid, en heeft de stad een Housing Helpdesk, een soort huurteam. Er is een tekort van 300 kamers – op Wageningen na het kleinste tekort.
10. Rotterdam
Rotterdam heeft een tekort van 4800 huurwoningen. De gemeente doet zijn best om dat terug te dringen: vergunningen zijn niet duur, hoewel die wel aan redelijk strenge eisen moeten voldoen. In sommige gebieden worden helemaal geen vergunningen geaccepteerd. Er is daarnaast een huurteam. Maar de gemeente doet niets om de brandveiligheid te controleren of om te kijken of huurders wel aan het huurrecht voldoen. Dat verklaart de lage score van de stad.
12. Enschede
Enschede heeft 500 kamers te weinig. Dat tekort is niet zo groot, maar de gemeente hanteert wel strenge eisen voor studentenwoningen. Zo wordt voor elke straat een maximum aan studentenwoningen gehanteerd – als dat is bereikt, mogen er geen nieuwe studentenwoningen bijkomen. Ook zijn de vergunningen vrij duur.