‘Meer dan 7,2 miljard biertjes aan studieschuld’
Meer dan 12 miljoen MacBooks, 7,2 miljard biertjes en 1,12 keer het Bruto Binnenlands Product van IJsland. Dat is de totale studieschuld van Nederland volgens het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO). De organisatie stelt aan de hand van cijfers van DUO en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) dat de investering van de (oud-)studenten inmiddels de 18 miljard euro aantikt.
In 2012 was het totale bedrag aan uitstaande leningen nog 12 miljard, waarna het ieder jaar met ongeveer een miljard steeg tot 15,8 miljard in 2015. De studieschuld loopt de hele tijd op, vertelt Jan Sinnige, voorzitter van ISO, aan Metro. „Op dit moment is dit 55 euro per seconde.” Om deze ontwikkeling in kaart te brengen, heeft het ISO de Nationale Studiemeter gelanceerd, en daaruit blijkt dat studenten op dit moment gezamenlijk een studieschuld van maar liefst 17,9 miljard hebben.
Studenten moeten nog bijna 18 MILJARD (!) terugbetalen aan de staat. Het ISO komt net Nationale Studieschuldmeter: https://t.co/OSEWwaFS7F pic.twitter.com/hhQf4Ll57x
— ISO (@HetISO) March 8, 2017
Het leenstelsel
Studenten die op of na 1 september 2015 zijn begonnen met een studie kunnen niet langer gebruikmaken van de basisbeurs. Dit betekent dat het geld dat studenten lenen niet meer wordt omgezet in een gift na het behalen van het diploma. De studenten moeten het gehele bedrag terugbetalen. De afschaffing van de basisbeurs is tot nu toe echter nauwelijks terug te zien in de cijfers. „We zien de knik nog niet zo concreet”, stelt Sinnige. „Dit heeft te maken met het feit dat de basisbeurs geleidelijk is afgeschaft. Daardoor zien we nu geen extreme stijgingen.” De voorzitter verwacht de komende jaren grotere effecten te zien.
En nu?
„Natuurlijk hebben we het allerliefste de basisbeurs terug, maar de kans dat dat gebeurt, is vrij klein”, stelt Sinnige. Daarom komt het ISO met drie maatregelen voor de politiek om studenten iets terug te geven voor hun investering.
1 Bevries het collegegeld
De hoogte van het collegegeld kan elk jaar veranderen, en de laatste jaren betekende dit een stijging van minstens 1 procent ten opzichte van het voorgaande jaar. Iemand die in 2011-2012 met zijn of haar studie begon, betaalde 1713 euro. Inmiddels is dit meer dan 2000 euro geworden. Het collegegeld blijft dus stijgen, terwijl de student niet langer wordt gecompenseerd in koopkracht door middel van de basisbeurs.
Het ISO stelt dat het tijd wordt voor bevriezing van het collegegeld, zodat de student weet waar hij financieel aan toe is. „Als je krant steeds duurder wordt, kun je besluiten hem niet meer te kopen. Hoewel het collegegeld steeds blijft stijgen, kun je niet tussentijds besluiten een ander tarief te betalen of te stoppen”, stelt Sinnige. De Landelijke Studentenvakbond (LSVb) gaat nog een stapje verder, zij pleit voor een directe verlaging van het collegegeld. LSVb-voorzitter Jarmo Berkhout: „Het is tijd om te stoppen met bezuinigen op studenten. De drempel om te gaan studeren wordt hoger en hoger.”
2 Houd leenstelselgeld in het hoger onderwijs
Hoewel het ISO absoluut geen voorstander is van het leenstelsel, stelt de organisatie dat studenten in ieder geval de vruchten moeten plukken van hun investeringen in het onderwijs. Het geld dat uit het leenstelsel komt, moet daarom worden ingezet om het onderwijs te verbeteren. „Studenten investeren een enorm bedrag in hun eigen toekomst, maar moeten daar ook iets voor terugzien. Met de invoering van het leenstelsel zal dit bedrag alleen maar hoger worden, maar we twijfelen of zich dat gaat terugbetalen voor studenten.”
3 Geef eerlijke, transparante informatie over studies
Bijna een derde van de studenten in het hoger onderwijs valt uit of wisselt van studie na het eerste jaar, daarom is het belangrijk dat jongeren voor het begin van hun studie een realistisch beeld krijgen. In juni presenteerden VVD, CDA, PvdA, het ISO, het LAKS en NVS-NVL daarom een tienpuntenplan: vijf actiepunten voor het voortgezet onderwijs en vijf voor het hoger onderwijs. „Tienduizenden scholieren maken elk jaar zonder goede begeleiding van hun school een studiekeuze. Dit moet veranderen”, aldus LAKS-voorzitter Sven Annen.
Volgens ISO moeten studenten weten waar ze aan beginnen. „Als je begint met studeren, dan verdien je eerlijkheid over de inhoud van je studieprogramma, het toekomstperspectief van de opleiding en je kansen op de arbeidsmarkt.”