Anne-Fleur Pel
Anne-Fleur Pel Nieuws 27 mrt 2017
Leestijd: 2 minuten

Deze 5 vogels zul je (bijna) nooit meer zien

De boerenlandvogels staan op het randje van uitsterven. Sinds de jaren 60 is het aantal met 60 tot 70 procent afgenomen. Dat komt neer op de verdwijning van meer dan 2,5 miljoen broedvogels, blijkt uit cijfers van het CBS. Wees er dus snel bij als je de veldleeuwerik, patrijs, zomertortel, ringmus en grutto nog wil zien.

De veldleeuwerik. Foto: Flickr.com/ Yves Hoebeke
De veldleeuwerik. Foto: Flickr.com/ Yves Hoebeke

Hoe erg is het?

Sinds de jaren 60 is het aantal broedparen in het Nederlandse boerenland teruggelopen van ruim 4 miljoen naar ruim 1,5 miljoen. Enkele soorten zijn in grote delen van ons land al bijna niet meer te vinden. Er zijn naar schatting 750.000 tot 1,1 miljoen broedparen van de veldleeuwerik verdwenen. Ook de patrijs (afname 93 procent), de zomertortel (afname 92 procent), de ringmus (afname 93 procent) en de grutto (afname 68 procent) zijn momenteel schaarse verschijningen. „De afname van het aantal boerenlandvogels is recent afgevlakt, maar van herstel is nog geen sprake, ondanks alles wat de laatste jaren is gedaan op het gebied van agrarisch natuurbeheer”, meldt CBS.

De grutto. Foto: Flickr.com /Remy Remmerswaal
De grutto. Foto: Flickr.com /Remy Remmerswaal

Is alleen Nederland de klos?

Nee, de afname van boerenlandvogels is zichtbaar in heel Europa. Volgens cijfers van de European Bird Census Council verdwenen sinds 1980 maar liefst 300 miljoen broedparen uit het Europese boerenland.

De ringmus. Foto: Flickr.com/ Dirk-Jan van Roest
De ringmus. Foto: Flickr.com/ Dirk-Jan van Roest

Wat zijn de oorzaken?

Oorzaken zijn onder meer de herinrichting van het landschap en het intensiever gebruik van de grond. De laatste 20 jaar is meer dan 1200 vierkante kilometer landbouwgrond opgeofferd voor woningbouw, bedrijventerreinen en wegaanleg. Eerder in de jaren 50 veranderde het landschap al doordat grondeigenaren hun grond gingen uitruilen om er beter op te worden. Sloten verdwenen en door nieuwe drainagesystemen werd het waterpeil omlaag gebracht. Het voedselaanbod voor broedvogels nam hierdoor af. Omdat ook heggen en boomwallen werden weggehaald, was er minder plek om in struiken en bomen te broeden. De toenemende bemesting en het frequenter maaien is ook funest voor de vogels geweest. Doordat de vogels moeten broeden in laag gras is het aantal natuurlijke vijanden toegenomen.

De zomertortel. Foto: Flickr.com/ Jac. Janssen
De zomertortel. Foto: Flickr.com/ Jac. Janssen

Wie zijn de opvolgers?

Ganzen. Het aantal ganzen is in dezelfde tijd meer dan vertienvoudigd. Het aantal kolganzen, brandganzen en grauwe ganzen, maar ook die van nieuwkomers als Canadese ganzen en Nijlganzen is sterk gestegen. Al deze ganzen horen niet tot de boerenlandvogels, omdat ze worden beschouwd als watervogels of niet inheems zijn. In januari 2014 telde Nederland 2,4 miljoen ganzen. Ze verblijven vooral op de graslanden. Enkele soorten broeden nu ook in Nederland, vooral de grauwe gans. Tot 1960 waren deze soorten niet of nauwelijks als broedvogel aanwezig in ons land. Tegenwoordig komen ze op veel plaatsen voor, tot zelfs binnen de bebouwde kom.

De grijze patrijs. Foto: Flickr.com/ Rogier van Viegen
De grijze patrijs. Foto: Flickr.com/ Rogier van Viegen

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.