Noelia Romero Cabrera
Noelia Romero Cabrera Nieuws 30 jan 2017
Leestijd: 5 minuten

Huismus meest gezien in Nederlandse tuinen

Vogelliefhebbers konden afgelopen weekend hun hart ophalen: het was het weekend van de Nationale Tuinvogeltelling. Metro deed deze zondag mee en telde de tuinvogels in de tuin van Marga van der Schalie in Amsterdam, een verborgen paradijs voor de fladderaars.

Van mezen tot merel

„Merels zijn het vroegst wakker, die hoor je als eerste, als het nog een beetje donker is in de tuin. Mezen zijn juist heel laat. Ik hoor ze wel in de ochtend, maar ik zie ze vaak pas in de middag”, vertelt ze, wijzend op het koppeltje merels dat in het gras rondhipt, op zoek naar rozijnen die ze er heeft gestrooid.

Marga is al jarenlang vrijwilliger voor de Vogelbescherming, ze werkt als tuinvogelconsulente en heeft een aantal jaren geleden gereageerd op een oproep om mee te helpen met de telling. Ze zit ook nu zondagmorgen vroeg al klaar met verrekijker, pen en telformulier naast zich. Op haar lijstje staan onder andere stadsdhuiven, houtduiven, tortelduiven, koolmezen, merels, kauwen, eksters en ze heeft zojuist de drie vinken genoteerd die ze rondom de voederpaal met pindakaas zag.

Favorieten heeft ze eigenlijk niet. De grote bonte specht vindt ze een bijzondere vogel en ze is gesteld op de roodborst die regelmatig een bezoekje komt brengen, maar ze is groot vogelliefhebber en ziet er het liefst gewoon zo veel mogelijk. Van de houtduiven is ze iets minder gecharmeerd. „Die zijn een beetje dom”, zegt Marga. „In de zomer komen ze weleens het huis in als de deur openstaat en dan vergeten ze hoe ze naar buiten kunnen. Ik pakte er per ongeluk een keer eentje bij zijn staart, toen had ik een hele bos veren in de hand.” Toch zijn ook die welkom in haar tuin, net als de padden, salamanders en kikkers in haar vijver en de muizenfamilie onder de boom. „Alle beesten mogen van mij blijven, zelfs de spinnen en de pissebedden”, zegt Marga.

Zowel meesjes, musjes als muisjes zijn te vinden in de tuin – Marga van der Schalie

Telling

Die tellen doet ze overigens niet, maar de vogels wel. Fanatiek ook: niet alleen met dit weekend van de vogeltelling, maar praktisch elke week. „Ik tel alleen als ik even koffie zit te drinken of lekker tussen de middag in de serre. Als je er de tijd voor hebt en je bent er mee bezig, is het hartstikke leuk om op die manier je tuin beter te bestuderen dan af en toe met een vluchtige blik. Het is mooi om te zien dat de levendigheid die je verwacht in het bos of op de hei, ook in je eigen tuin voorkomt: al dat leven, het gefladder en gespetter in de vijver. Een tuin bestaat niet alleen uit planten en bomen, maar het gaat ook om de bewoners die het er naar hun zin hebben.”

Klein paradijs

Dat is ook waar Marga naar streeft in haar eigen tuin. „We doen al zoveel fout in de dierenwereld, we verpesten zoveel aan hun leefmilieu. Er wordt zoveel gebouwd. Logisch: ook mensen moeten ergens wonen, maar bijvoorbeeld aan Zeeburger Eiland waren altijd oeverzwaluwen: die zullen met de nieuwe huizen daar wel weg zijn. Ik probeer in mijn tuin een klein paradijsje voor ze te maken. Ik wil een heel klein tegenwichtje bieden tegen alle dingen die het voor de beestjes moeilijk of onmogelijk maken. Dat geeft een fijn gevoel.” Romeo, haar 12-jarige kat en diens maatje van de buren, doen daar wel enige afbreuk aan, maar dat houdt Marga niet tegen.

Zij hoopt dat de tuinvogeltelling mensen stimuleert om hun tuin diervriendelijker te maken. „Je kunt niet elke vogel in je tuin hebben, maar als ze in je omgeving leven, zou je ook in je tuin moeten kunnen krijgen.”

Cijfers

In 2016 hebben er in totaal 55.335 mensen meegedaan met de Nationale Tuinvogeltelling. Er zijn toen 945.862 vogels geteld. De huismus, koolmees en merel bleken daarin het meest voor te komen in de Nederlandse tuinen. Ook dit jaar gaan deze drie weer aan kop, op de voet gevolgd door de kauw, pimpelmees en vink. Behalve in Nederland worden er nu ook tuinvogels geteld in Duitsland, Groot-Brittannië en België.

Marga van der Schalie geeft advies aan tuinvogelliefhebbers – Noelia Romero Cabrera

De vier tips van Marga om meer tuinvogels in je tuin te krijgen

  1. Veiligheid: zorg ervoor dat vogels zich veilig kunnen voelen in je tuin. Dat doe je door voldoende schuil- en vluchtplaatsen voor ze te regelen. Denk daarbij aan struiken en bomen met dicht gebladerte of met stekels: daar kunnen ze zich schuilhouden voor katten, mensen of roofvogels. „Ik pleit voor vuurdoorns: die hebben stekels dus geven een goede schuilplaats, blijven altijd groen en ze dragen in de herfst nog bessen.”
  2. Voortplanting: bied de vogels nestgelegenheid met bijvoorbeeld nestkasten, maar denk ook aan natuurlijke plekken in heggen, bomen en struiken. Vogels hoeven dan niet altijd gebruik te maken van de nestkasten, maar het aanbod moet er wel zijn.
  3. Variatie: zorg voor variatie in je tuin. Denk dan aan hoge of lage beplanting, kies voor bomen, struiken en bloemen, wissel af tussen gras, water en tegels en gun ruimte aan de verschillende dieren en insecten. Let ook op afwisseling tussen zon en schaduw. „Ik adviseer ook vaak om een vijvertje te maken, maar als dat niet kan, is een waterbak vaak al voldoende”, zegt Marga. „Let erop dat je glooiende oevers houdt, anders kunnen de dieren niet staan als ze zich willen badderen.”
  4. Voedsel: gevarieerd voedsel is belangrijk, ook voor vogels. Let daar dus op met de beplanting in je tuin. Denk aan struiken en bomen met vruchten of bessen, maar ook op bloesemende struiken: dat trekt insecten aan en ook die kunnen een voedselbron zijn voor vogels. Een gazon aanleggen zorgt voor voldoende wormen voor liefhebbers als merels. „Een versteende tuin is waardeloos voor dieren, dat is verschrikkelijk.”
Mezenbollen, pinda's, pindakaas en zonnebloempitten: eten genoeg – Noelia Romero Cabrera

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.