Mannen trouwen vooral omdat de vrouw dat wil
Nog altijd willen de meeste twintigers ooit trouwen. Aan de wens om in het huwelijksbootje te stappen verandert maar weinig. Hoewel steeds minder mensen voor hun veertigste ‘ja, ik wil’ zeggen, ziet een meerderheid van de twintigers elkaar het jawoord geven absoluut zitten.
Een belangrijke reden die mannen noemen, is omdat de partner het wil. Dat ondervond het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bij een onderzoek over huwelijken tussen mannen en vrouwen; 40 procent van de ondervraagde heren gaf dat aan. Zo wordt meteen verklaard waarom onder 20- tot 29-jarigen het huwelijk bij vrouwen wat populairder is dan bij mannen.
Sprookjesachtige jurk
Vrouwen noemen heel andere redenen. De aanwezigheid van kinderen bijvoorbeeld, of de wens om kinderen te krijgen. Ook wijzen vrouwen op het romantische aspect van een bruiloft: het feest en de sprookjesachtige witte jurk. Het bevestigen van een relatie wordt zowel door veel mannen als mannen als huwelijksreden genoemd. Twee op de drie ondervraagden vinden dat belangrijk.
Het aandeel van de bevolking dat getrouwd is blijft afnemen, vooral bij mensen jonger dan 50 jaar. In 1976 waren bijna alle mannen en vrouwen van 30 jaar getrouwd. Veertig jaar later is naar het altaar stappen veel minder gebruikelijk. In 2006 was nog 38 procent van de dertigers getrouwd, dit jaar ligt het percentage op 31 procent. Ook de huidige 40-jarigen zijn minder vaak getrouwd dan de veertigers van tien jaar gelden.
Concrete huwelijkswens
Toch blijft een huwelijk bij twintigers, zoals gezegd, een populaire gedachte. Van de twintigers die ongehuwd samenwonen, wil 70 procent een toekomst met de partner bezegelen. Bij vrouwen van die leeftijd leeft trouwen iets meer dan bij mannen. Bij 15 procent van de samenwoners uit de leeftijdsgroep is de huwelijkswens concreter. Dat percentage wil binnen drie jaar voor de ambtenaar van de burgerlijke stand staan.
De onderzoeker
Jan Latten is hoofddemograaf CSB en hoogleraar demografie aan de UvA.
„De resultaten van dit onderzoek over trouwen zijn allereerst natuurlijk ’nice to know’. De achterliggende gedachte is dat we informatie over huishoudens willen hebben. Hoeveel mensen wonen in de toekomst samen, hoeveel wonen er alleen?”
Des te opmerkelijker
„Dat twee op de drie ondervraagde twintigers die samenwonen ’het bevestigen van een relatie’ als grootste reden geeft, had ik wel verwacht. Des te opmerkelijker vind ik dat veel mannen zeggen dat ze trouwen ’omdat zij dat wil’. Als je dat theoretisch benadert, dan hangt die mening samen met het krijgen van kinderen. Als een kind er is, dan hoopt vooral de vrouw dat haar partner nog minstens twintig jaar bij haar blijft om de opvoeding samen te kunnen doen.”
„Twintigers wonen vooral samen in plaats van dat zij in het huwelijk treden. Zij hebben namelijk geen zekerheid van buitenaf nodig. Zij wonen samen omdat er wederzijdse liefde is. Veertig jaar geleden trouwde je om samen een huis te mogen kopen, om een seksuele relatie te mogen hebben en om kinderen te mogen krijgen. Dat was toen nu eenmaal de gedachte. In deze tijd kijkt natuurlijk helemaal niemand op als je samenwoont in een koophuis en dat je ook kinderen hebt.”