Vermeend aanjager financiële start-ups
Oud-minister Willem Vermeend is al jarenlang actief als internetondernemer en nu benoemd tot het nieuwe boegbeeld van de fintech-sector.
Wat wordt precies bedoeld met fintech?
De wereld zoals we die kennen gaat als gevolg van de alsmaar opkomende digitalisering en nieuwe technologie spectaculair veranderen. Dat heeft ook gevolgen voor de financiële sector. Voor banken, verzekeraars en pensioenfondsen. Die zijn echter vrij conservatief. Daarom zien we nu overal nieuwe start-ups ontstaan in deze sector, waarmee jonge mensen slimme producten en diensten bedenken. Apps waarmee je 24 uur per dag je bankzaken kunt regelen bijvoorbeeld. Alle bedrijven die bezig zijn met innovaties in de financiële sector, vallen onder de noemer fintech.
U heeft het over grote veranderingen. Waar moeten we dan zoal aan denken?
Onder meer aan internet of things. Miljarden apparaten over de hele wereld die met elkaar verbonden worden, zoals een slimme lantaarnpaal die zichzelf aan en uit kan zetten. We krijgen 3D-printers, er komen robots op de werkvloer en drones gaan de manier van bezorgen radicaal veranderen. Al die ontwikkelingen hebben invloed op verdienmodellen van bedrijven, die moeten ‘smart’ worden. Ook het effect op de arbeidsmarkt is heel groot. Er zal zeker 40 procent van de banen die we nu kennen verloren gaan. Daar komen dan wel weer nieuwe functies voor terug.
Heeft u voorbeelden van succesvolle fintech-bedrijven?
Neem Adyen, een Amsterdams bedrijf dat tientallen miljarden dollars aan online betalingen verwerkt. In Europa, maar ook daarbuiten. Relatief nieuw is de start-up Bunq, een dienst waarmee je al je bankzaken met je smartphone kunt regelen. Een mooi voorbeeld van echte innovatie.
Wat wordt precies uw rol als afgezant van die fintech-sector?
Ik ben al een poosje lid van de landelijke stuurgroep Smart Industry. Het kabinet heeft nu gezegd: we hebben iemand nodig die de technologische ontwikkelingen in de financiële sector aanjaagt. Die ervoor zorgt dat banken vernieuwen en start-ups tot wasdom komen. Daar ga ik me op richten.
Want starten is doorgaans het probleem niet, het lukt veel ondernemers niet om te groeien. Hoe komt dat?
Eén van de zaken waar deze bedrijfjes tegenaan lopen is de regelgeving. Nederland is een land van vergunningen, zeker als het om bankzaken gaat.
Maar dat is toch ook goed? Je wilt geen cowboys die voor bankier gaan spelen.
Helemaal mee eens. Tegelijkertijd moet er binnen bepaalde grenzen wel ruimte zijn voor pilots. In landen om ons heen zijn die mogelijkheden er namelijk wel.
Waar lopen deze bedrijfjes nog meer tegenaan?
Wie wil doorgroeien heeft risicokapitaal nodig, geld dat investeerders in een bedrijf willen stoppen. Dat is in Nederland minder goed voorhanden. Daarnaast is er nog het onderwijs. Ik kom veel in het buitenland en zie hoe ze daar op mbo’s, hbo’s en universiteiten al inspelen op de toekomst met smart industry in vakkenpakketten. Ons onderwijs richt zich daarentegen nog steeds op de oude economie. Lesprogramma’s moeten daarom in razend tempo vernieuwen, want studenten hebben kennis nodig van digitaliseringsprocessen, van Internet of Things, 3D-printen, big data, drones en robots.
Helpt het in zo’n rol dat u de wegen kent in politiek Den Haag?
Absoluut. Als oud-politicus ken ik de cultuur in Den Haag en weet ik met wie je moet praten om iets gedaan te krijgen. De komende maanden zal ik dan ook regelmatig gesprekken voeren met Kamerleden en bewindspersonen en daarin pleiten voor de noodzakelijke veranderingen. De technologie dendert door en we mogen niet achterop raken.