Vakantiewoning als oplossing voor woningnood? Het kan je een dwangsom tot wel 50.000 euro opleveren
Het is crisis op de woningmarkt. Huurwoningen zijn onbetaalbaar, koopwoningen ook. Daarom wijken steeds meer mensen uit naar een vakantiepark. Dat lijkt best aantrekkelijk: een chalet of caravan in de natuur. Heerlijk rustig, toch? Maar hoe zit dat precies met de wet- en regelgeving? Waar moet je rekening mee houden?
Uit onderzoek van kennisorganisatie Platform31, dat in opdracht van Binnenlandse Zaken onderzoek deed, blijkt dat in 2018 zo’n 55.000 mensen in een vakantiewoning woonden. Maar er zijn ook schattingen die oplopen tot wel 160.000. Betrouwbare cijfers zijn er niet, omdat inschrijven op een vakantiepark niet is toegestaan. Vermoedelijk liggen deze cijfers nu nog veel hoger, gezien de crisis op de woningmarkt en het nijpende tekort aan woningen.
Mag je wonen op een vakantiepark?
Het korte antwoord is: nee. Je mag niet permanent wonen op een vakantiepark, schrijft de Rijksoverheid. Maar op sommige parken mag je wel 365 dagen recreëren. Oftewel: deze vakantieparken staan het oogluikend toe dat mensen daar het hele jaar verblijven, of eigenlijk wonen. Dus het antwoord is genuanceerder dan je in de eerste instantie zou denken.
Waarom is wonen op een vakantiepark niet toegestaan?
Ja, waarom ook eigenlijk niet? Mensen moeten toch ergens kunnen wonen, met de huidige woningcrisis. Dat heeft te maken met een samenspel van factoren, waarbij de bestemmingsgrond een rol speelt. Grond kan verschillende bestemmingen hebben, bijvoorbeeld wonen of landbouwgrond. Een stuk grond met de bestemming recreatie is dus bedoeld om te recreëren. Het ligt dan ook vaak in de natuur.
Bovendien moeten woonhuizen aan strenge eisen voldoen, die zijn opgenomen in het Bouwbesluit. Vakantiewoningen voldoen in de regel niet aan deze eisen, hoewel steeds meer moderne vakantiehuizen steeds meer lijken op reguliere woonhuizen.
Vakantiehuizen zijn populair om de woningnood tegen te gaan
Vakantiehuizen zijn voor sommige mensen een oplossing om de woningnood tegen te gaan. Hoewel dat nu als onwenselijk wordt gezien, heeft dat ook alles te maken met het beleid vanuit gemeentes. Jarenlang stuurden gemeentes namelijk mensen die dakloos dreigden te worden, bijvoorbeeld als gevolg van een scheiding, door naar vakantieparken om daar tijdelijk te gaan wonen.
Maar ook overlastplegers werden heengezonden naar afgelegen parken, omdat ze niet te handhaven waren in de stad of het dorp van herkomst. Of ze naar zogenaamde ‘containerwoningen’ gestuurd. Dit brengt veel voordelen met zich mee: buren hebben geen last meer van overlast, er zijn minder administratieve verplichtingen en het is nog betaalbaar ook.
Ook werden vakantieparken toevluchtsoorden voor criminelen, die onder de radar wilden blijven, en voor arbeidsmigranten, die dringend huisvesting nodig hadden. Oftewel: een allegaartje van mensen dat zich installeerde op vakantieparken, met een soort van ‘goedkeuring’ van de gemeente.
Kun je permanent wonen op een vakantiepark?
Door de overspannen woningmarkt is de vraag naar recreatiewoningen enorm toegenomen, waarbij permanente bewoning niet is toegestaan. Bij wet is het verboden om permanent te verblijven in een recreatiewoning, maar er zijn campings die dit toch oogluikend toestaan. Er zijn enkele gemeentes die permanente bewoning legaliseren, als zich een uitzonderlijke situatie voordoet. Hier gaat niet alleen de gemeente over, maar ook het recreatiepark zelf.
Kortom: in sommige vallen wordt het oogluikend toegestaan, oftewel gedoogd. Als er geen overlast is, wil de gemeente nog weleens een oogje dichtknijpen. Met het huidige woningtekort, wordt de roep om legalisering steeds luider. Maar zo eenvoudig is dat niet: de gemeente moet dan eerst het bestemmingsplan wijzigen.
Hoe zit dat als je een eigen vakantiewoning hebt?
Als je een eigen vakantiewoning koopt, en de camping is 365 dagen per jaar open, dan mag je in theorie het hele jaar door ‘recreëren’ in je vakantiewoning. Het is tenslotte jouw bezit, jij mag zelf weten wat je ermee doet, is een logische redenatie. Die vlieger gaat echter niet helemaal op. Houd er rekening mee dat je een eigen post- en woonadres moet hebben. En dat de gemeente elk moment kan komen handhaven. Dit heeft wederom te maken met het bestemmingsplan, dat nog altijd ‘recreëren’ is, in plaats van wonen.
Met welke praktische zaken moet je rekening houden bij de koop van een vakantiewoning?
Overweeg je, om vanuit woningnood of omdat je middenin de natuur wilt leven, om (tijdelijk) op een vakantiepark te gaan wonen? Dan heb je rekening te houden met verschillende factoren. Het is niet zo eenvoudig als veel mensen denken. Kijk bijvoorbeeld naar de maandelijkse parkkosten, die kunnen erg hoog zijn. Je betaalt immers niet alleen voor de woning zelf, maar ook voor de faciliteiten die het park biedt, zoals schoonmaak, het gebruik van sanitaire voorzieningen en wat te denken van het zwembad?
Waar je ook rekening mee moet houden, is de levensduur van zo’n woning. De meeste vakantiewoningen en stacaravans hebben een minder lange levensduur dan een stenen woonhuis. Check vooraf dus goed de status. Bovendien: veel parken zijn dicht in de winter. Dat betekent soms ook dat water en elektriciteit worden afgesloten. En dat is natuurlijk niet wenselijk: zit je daar te kleumen in je stacaravan.
De aankoopprijs en bijkomende kosten van een recreatiewoning
En dan hebben we het nog niet eens gehad over de aankoopprijs van een recreatiewoning, want de schaarste op de woningmarkt drijft ook de prijzen van vakantiewoningen op. Ter illustratie: je koopt een stacaravan dat er eerder uitziet als een soort kraakpand voor zo’n 10.000 euro als je geluk hebt. Wil je een mooiere, dan leg je minstens 50.000 euro neer. En als je flink in de slappe was zit, kun je 100.000 euro betalen voor een supermodern chalet, met openslaande tuindeuren en die van alle gemakken is voorzien.
Alsof dat nog niet genoeg is, zijn er ook bijkomende kosten waar je rekening mee moet houden. Per maand betaal je zo’n 425 euro aan stageld, inclusief een voorschot op gas, parkeergelegenheid, internet en geld voor eventuele huisdieren. Houd ook rekening met de forenzenbelasting, van 419 euro per jaar. Dan moet je nog de nodige verzekeringen afsluiten voor het huisje: reken daarvoor op ruim 250 euro per jaar. Daar komen nog elektriciteitskosten bij en de naheffing van gas, waarbij je niet moet schrikken van een bedrag rond de 1200 euro per jaar.
Dan is er ook nog de overdrachtsbelasting, die momenteel 10,4 procent is (eenmalig) en daarnaast valt een recreatiewoning in box 3. De overheid gaat dan uit van een fictief vastgoedrendement van 6,04 procent (WOZ) waarover je 31 procent belasting betaalt. Elk jaar weer. Houd ook rekening met de afvalstoffenheffing en de waterschapsbelasting. En omdat je je niet kunt inschrijven, kan dat gevolgen hebben voor toeslagen of een uitkering.
Als het park wordt gesloten
Alsof je nog niet genoeg sores hebt, kom je extra in de problemen als het park wordt opgeheven. Dan kan het zijn dat je je huisje kwijt bent. Bovendien zit je voortdurend in de stress en in de onzekerheid, omdat wonen op een vakantiepark in de meeste gevallen simpelweg niet is toegestaan. Het verschilt per gemeente, maar het is niet zeldzaam dat er BOA’s langskomen om te controleren of je permanent in de recreatiewoning woont.
Metro schreef al eerder over de ontruiming van vakantiepark Loenen, waar alle bewoners gedwongen moesten verkassen. Bovendien kan bij gehuurde grond of erfpacht, de grond ineens worden verkocht, waardoor jij als bewoner aan het kortste eind trekt en noodgedwongen weg moet.
Boetes en dwangsommen tot 50.000 euro
Veel gemeenten handhaven actief. In het verleden zijn er rechtszaken geweest, waarbij de bedragen voor boetes en dwangsommen enorm kunnen oplopen, tot wel 50.000 euro. Dit kan al binnen een jaar gebeuren.
Flexwoningen: de oplossing voor de woningcrisis of een ‘quick fix’?