Geld maakt (niet) gelukkig: ‘Door mijn speedverslaving zit ik in de ziektewet’
Waar de één vindt dat geld moet rollen, blijft de ander herhalen dat je geld maar één keer kunt uitgeven. En als we eerlijk zijn; wat blijft er dan over van het gezegde ‘geld maakt niet gelukkig’? Vandaag: de 41-jarige Sjeng, die sinds twee maanden nuchter door het leven gaat.
Naam: Sjeng
Beroep: automonteur
Woonsituatie: inwonend bij zorgstichting
Netto inkomen: 1050 euro van het UWV, krijgt zelf 50 euro per week vanuit schuldbewindvoerder
Sjeng (zijn bijnaam) volgt dagelijks therapie bij de zorginstelling waar hij woont. Het gaat best goed, vertelt hij. Over een paar maanden hoopt hij dat het beter met hem gaat. De therapie is ter behandeling van zijn amfetamine-verslaving. Als dagbesteding is hij momenteel bezig met het ontruimen van een woning. Sinds twee maanden is hij nuchter.
Je hebt 50 euro per week te besteden. Red je dat?
„Dat red ik wel. Ik heb 50.000 euro schuld en dat moet afgelost worden. Zolang die schuld er is, zijn alle inkomsten in beheer van de bewindvoerder. Als ik straks klaar ben in de zorginstelling, moet ik werk vinden en zorgen voor een stabiel, vast inkomen. Dan zou ik in aanmerking kunnen komen voor schuldsanering. Over 5, misschien 6 jaar, hoop ik hier uit te zijn.
Vanuit de bewindvoerder en zorginstelling krijg ik wel begeleiding. Die 5 tientjes per week krijg ik zelf, de rest wordt geregeld. Ik heb een woning via stichting Alliantie. Voorlopig kan ik hier blijven, volgens mij is er geen termijn dat ik hieruit moet. Maar eigenlijk ben ik niet zo heel tevreden over de woning. Het is een appartement van 90 vierkante meter. Zoveel ruimte gebruik ik niet, ik heb die ruimte niet nodig. Het gros staat leeg. Dat is anders dan de kamers waar ik de afgelopen 5 jaar heb gewoond.”
Hoe ben je opgegroeid?
„Ik kom uit een modaal gezin. Maar mijn vader kreeg en MS en belandde in een rolstoel. Hij heeft altijd een eigen installatiebedrijf gehad. Later is hij nog een andere zaak gestart op naam van mijn moeder in design antiek radiatoren. Een financiële opvoeding heb ik niet gehad. Ik zat op de mavo, dat heb ik niet afgemaakt en toen heb ik een niveau 2-bakkersopleiding gedaan.
In die tijd is de drugsproblematiek eigenlijk begonnen, later werd het crimineel en ben ik de gevangenis ingegaan. Acht jaar later ben ik vrijgekomen en wilde ik iets van mijn leven maken. Ik zag dat mijn vrienden mij allemaal voorbij streefden met banen, gezinnen. Ik ging aan het werk bij Bosch Car service en dat ging best lang goed, maar uiteindelijk ben ik toch weer in aanraking gekomen met drugs.”
Hoe begon de drugsproblematiek?
„Ik weet nog goed dat ik een folder ergens kreeg met uitleg over drugs. Daardoor werd ik nieuwsgierig en ik wilde het wel proberen. Later kwam er een vriend naar mij toe, die zei dat hij een joint had. Of ik die dat weekend mee ging roken. Zodoende is het gegaan en eigenlijk was ik er gelijk heel gevoelig voor. Op mijn 17e begon ik met xtc en toen heb ik een periode ieder weekend pillen geslikt. Op mijn 19e bood iemand me speed aan, ik was gelijk verkocht. Uiteindelijk ben ik alles kwijtgeraakt, ging ik op mijn 21ste de gevangenis in, ik raakte mijn vriendin kwijt, geen baan meer, niks.”
„Toen ik vrij kwam, ging het vrij snel weer mis. Via de reclassering werd ik wel begeleid en toen ik aan de slag ging bij Bosch autoservice, was ik nog nuchter. Maar een jaar later ging ik weer aan de speed. Ik heb overal gewoond en overal kwam ik oude bekenden tegen uit dezelfde kringen. De afgelopen tien jaar had ik wel steeds werk, maar het gebruik ging door. Ik ben automonteur, dus vrij gemakkelijk vond ik steeds weer een nieuwe baan, totdat de werkgever achter het gebruik kwam. Dan kon ik weer een nieuwe baan zoeken. Zo’n werkgever gaat het toch merken.
Vaak gebruikte ik van te voren, dan snoof ik een paar lijntjes en was ik de hele dag productief. Maar twee dagen later ben je natuurlijk een wrak, dan gaat de kwaliteit van werken achteruit. Je kunt dat niet voor altijd volhouden. Ooit gaf een werkgever mij een tweede kans, op een of andere manier geloofde hij in mij. Maar na drie jaar moest ik toch naar een ander. Toen stuurde hij mij door naar een kameraad met een garage, waar ik meteen aan de slag kon. Maar uiteindelijk kreeg ik ruzie met die man. Ik haalde een niveau 2-opleiding, maar hij wilde mij niet extra betalen.”
Waarom heb je nu besloten in behandeling te gaan?
„Ik wil m’n leven niet zo blijven leven. Zo wil ik niet doorgaan en zo kan het niet meer. De vrienden en kennissen die ik heb, zitten overal, maar ze zijn allemaal hetzelfde: gebruikend volk. Het is moeilijk om daar afscheid van te nemen, sommigen ken ik al 35 jaar.”
„Voor de toekomst hoop ik dat ik ooit een vaste baan kan krijgen. Dat ik ooit een langdurige relatie met een werkgever kan aangaan. En misschien zou ik ooit wel voor mezelf willen werken. Inmiddels heb ik al zo’n 17 jaar gewerkt. Het langste dat ik ergens in dienst ben geweest is 3 jaar. Ik ben heel actief, ik moet met mijn handen werken, anders komen de muren op mij af. Ik wil bezig zijn.”
Je hebt schulden, op welke manier speelt geld in je leven een rol?
„Geld doet mij verder niets. De amfetamineverslaving was met een uitkering goed te betalen. De schulden staan open bij veertien verschillende schuldeisers: de Belastingdienst, de woningcorporatie, rechtsdeurwaarders en een aantal bedrijven. Thuis werd er nooit over geld gesproken. Mijn vader zei bij alles; ga maar naar je moeder. Ik werd heel vrijgelaten en maakte mijn eigen beslissingen.
Soms vraag ik me af of ik een ander leven had gehad als mijn vader niet in een rolstoel had gezeten en ik af en toe een flink pak slaag had gehad. Mijn ouders wisten van het drugsgebruik. Mijn moeder heeft er alles aan gedaan om het te stoppen, echt alles. Maar het lukte niet.”
Stelling: met 1000 euro per maand extra zou ik op de lange termijn gelukkiger zijn
„Niet per se, momenteel ben ik eigenlijk sowieso best tevreden en gelukkig. Vroeger als ik geld had ging het direct op aan drugs. Ik weet niet wat ik nu met die duizend euro zou doen, hoe dat zou zijn.”
Geld maakt niet gelukkig, of wel?
„Nee, geld maakt niet gelukkig. Maar steeds als ik geld krijg, voel ik me wel even blij. Maar echt gelukkig maakt het niet.”
Geld maakt (niet) gelukkig: ‘Ik ben arbeidsongeschikt verklaard’