Geld maakt (niet) gelukkig: ‘Ik vind het belangrijk om mensen te helpen die het minder goed hebben’
Waar de één vindt dat geld moet rollen, blijft de ander herhalen dat je geld maar één keer kunt uitgeven. En als we eerlijk zijn; wat blijft er dan over van het gezegde ‘geld maakt niet gelukkig’? Vandaag: de 39-jarige Zeynep, die enerzijds zuinig leeft, maar het anderzijds ook erg belangrijk vindt om mensen te helpen die het minder goed hebben.
Naam: Zeynep (39)
Beroep: zelfstandig recruiter en trainer
Woonsituatie: koopwoning
Netto maandinkomen: gemiddeld 6000 euro netto (gebaseerd op gemiddeld 45 uur per week)
Geld maakt (niet) gelukkig
Hoe ben je financieel opgevoed?
„Van huis uit ben ik Turkse; mijn ouders zijn in de jaren zestig naar Nederland gekomen voor een betere toekomst. Ze hadden het niet breed, kregen weinig betaald en moesten alle eindjes aan elkaar knopen, want ze hadden wél drie kindermonden te voeden. In eerste instantie werkte mijn vader in een fabriek, maar toen hij langere tijd ziek werd, moest mijn moeder het overnemen. Ze werkte als schoonmaakster in een hotel, in een fabriek, in een kas… om vervolgens thuis ook voor ons te zorgen.
Hoewel er weinig te besteden was en we niet veel verschillende kleren hadden, zorgde ze er altijd voor dat haar kinderen er verzorgd uitzagen. Dus waste én droogde ze elke avond onze kleding, zodat we fris en fruitig, mét ontbijt achter onze kiezen, naar school gingen.”
Dat zal een best heftige tijd zijn geweest, had je ook het gevoel dat er weinig kon?
„Nou, ik wist bijvoorbeeld wel dat ik geen rolschaatsen kreeg, terwijl mijn vriendinnen dat wel hadden. Nieuwe kleding kregen we als er kinderbijslag werd gestort. Mijn moeder was zuinig en wilde zoveel mogelijk sparen zodat ze voldoende geld had voor de boodschappen en onvoorziene situaties. Mijn vader gaf graag geld aan ons uit als er wat over was, dan gingen we iets leuks doen en kregen we een ijsje toe. Daar genoot hij enorm van. Wat ik ook bijzonder vond, is dat mijn ouders het wel voor elkaar kregen om voldoende te sparen – zodat we om het jaar vier weken naar Turkije gingen om opa en oma en familie op te zoeken.
Ik heb altijd veel bewondering voor mijn ouders gehad. Ga er maar aan staan: je bent in een vreemd land, kent de cultuur niet, spreekt de taal niet en toch ga je meteen keihard aan de bak om geld te verdienen om een goede toekomst voor je kinderen en jezelf op te bouwen. Gelukkig kon mijn vader na een paar jaar ziekte ook weer aan het werk, toen kregen we het iets breder, was er financieel meer lucht. Mijn moeder heeft tot haar overlijden zuinig geleefd. Ze kocht niet zo snel iets nieuws voor zichzelf, ging sporadisch naar de kapper, nee, ze spaarde voor haar kinderen en oude dag. Na haar overlijden kregen we per kind een erfenis. Als je kunt sparen, zonder hoge opleiding en met een laag salaris, dan heb je wel een vechtersmentaliteit.”
Heb jij die meegekregen?
„Absoluut. Sowieso waren mijn ouders erg vooruitstrevend, ondanks dat ze uit een nogal conservatief dorp kwamen. Waar de meeste meisjes werden uitgehuwelijkt, vonden mijn ouders het belangrijk dat mijn zus en ik – en natuurlijk ook mijn broer – financieel zelfstandig werden. Snel een bijbaantje dus, studeren en financieel onafhankelijk worden. Dus werkte ik vanaf mijn vijftiende en had ik meerdere bijbaantjes. Tijdens mijn studie aan de universiteit werkte ik in de horeca. Eén zomer werkte ik zestig uur per week en kreeg ik wekelijks 1000 gulden fooi en salaris. Ik woonde thuis tot mijn 28ste, dus ik kón ook goed sparen. Wat heet; ik had niet eens studiefinanciering nodig, want als student had ik al 30.000 euro spaargeld.”
Ben je door jouw opvoeding ook zuinig?
„Ja, al gun ik mezelf ook wel bepaalde dingen. Een bezoek aan de kapper, de nagelstylist, de schoonheidssalon… en ik ga graag op vakantie. Maar echt grote uitspattingen heb ik verder weinig. Ga ik uit eten, dan kijk ik eerst naar de prijzen op de kaart, je zal me niet voor het duurste gerecht zien kiezen. En lunchen doe ik thuis – belachelijk dat je tegenwoordig 12 euro betaalt voor een broodje dat je ook zelf kunt smeren. Ik wil kortom niet alles uitgeven, omdat ik die buffer belangrijk vind. Ik kan elke maand wel op nul gaan staan met mijn saldo, maar ik woon alleen en wil mijn eigen boontjes kunnen doppen. Bovendien is het belangrijk om als zzp’er een appeltje voor de dorst te hebben. Toen mijn moeder overleed, werd ze volgens islamitische gebruiken begraven in Turkije – zelfs daarvoor had ze gespaard. Ik heb toen een tijdje niet gewerkt en door die buffer kon ik me dit veroorloven. Daar hoefde ik niet voor te sparen, dat geld is er gewoon door mijn leefpatroon. Dus ja, ik ben in dat opzicht wel zuinig.”
Vind je het prettig om zo opgevoed te zijn, of is het ook vermoeiend?
„Soms is het wel vermoeiend ja, ik kan heel lang piekeren over een aankoop die ik in principe makkelijk kan betalen. Maar over het algemeen vind ik het juist prettig, geld geeft lucht. Ik kan op vakantie gaan wanneer ik wil of een nieuwe wasmachine kopen als de oude stuk is. Maar een big spender ben ik niet. Ik kan wel een mooie tas van Céline kopen, maar kom op, 4500 euro voor een tas? Ik vind het moreel gezien ook niet passend. Er is zóveel armoede in de wereld, er zijn kinderen die zonder ontbijt naar school worden gestuurd omdat hun ouders er geen geld voor hebben, kinderen die in oorlog opgroeien, en dan loop ik daar met zo’n tas – wat zegt dat dan over mij?
Als ik op Instagram soms zie hoe desperaat influencers hun drankje posten met hun designertas opzichtig ernaast, vind ik dát pure armoede. Ik kan in elk geval niet als een koning leven terwijl anderen krom liggen voor een ontbijtje voor hun kinderen. Dan steun ik liever een goed doel, wat ik trouwens ook veelvuldig doe. Vanuit mijn religie, de islam, is het ook belangrijk dat je mensen helpt die het minder goed hebben dan jij. Daarnaast heb ik neefjes en nichtjes die ik heel erg verwen met cadeautjes en uitjes. Of laatst nog, een cadeau voor een goede vriendin. Zomaar omdat ik weet dat we dezelfde smaak hebben qua interieur.”
Stelling: met 1000 euro per maand extra zou ik op de lange termijn gelukkiger zijn
„Niet per se. Ik heb nu al een goed inkomen en weet niet of ik met die extra 1000 euro dingen zou doen die ik nu niet doe. Waarschijnlijk zou ik het op de bank zetten en een deel aan goede doelen geven. Het is zeker niet zo dat ik dan ineens naar een sterrenrestaurant ga, of zo. Geen zuinigheid, maar meer de gedachte: waarom honderden euro’s uitgeven als je dat geld ook kunt gebruiken om een gezin te steunen dat naar de Voedselbank moet voor wekelijkse levensmiddelen?”
Stelling: je kunt nooit te veel geld hebben
„Eens, maar dat geld zou ik wel delen. Ik geloof echt dat je gelukkiger wordt als je geld deelt.”
Geld maakt niet gelukkig, of toch wel?
„Zeker wel. Ik heb van dichtbij gezien dat er spanningen thuis waren, of gewoon verdriet, omdat mijn ouders ons niet alles konden geven wat ze wilden. Dan is het wel degelijk fijn om geld te hebben. Al weet ik niet of het je leven per se gelukkiger maakt. Wel minder stressvol, in elk geval – en dat is heel wat waard.”
Nieuwsgierig naar meer antwoorden op de vraag; maakt geld gelukkig? Deze edities deden het goed bij onze lezers:
- Nog maar 22 jaar en ruim 5000 euro per maand verdienen: het lukte Loïs, en zij weet nu heel goed wat ze opdrachtgevers kan rekenen.
- Sanne is zzp’er en verdient haar geld deels met de verhuur van huisjes in Spanje, waar ze zelf ook woont. Over een paar jaar wil ze gaan rentenieren.
- Hein heeft op 25-jarige leeftijd al ruim een ton aan spaargeld en wil daarmee binnenkort een huis kopen. Op zijn 40ste wil hij drie huizen bezitten.
- Toen Alex jong was, werd er thuis helemaal niet over geld gesproken. Hij verdient zo’n 1800 euro netto per maand, hoe regelt hij zijn financiën?
Geld maakt (niet) gelukkig: ‘Door een podcast begonnen met pensioenbeleggen’