Techniekliefde op het eerste gezicht voor Hieke: ‘Staal ruikt héérlijk’
Bij techniekstudente Hieke was het liefde op het eerste gezicht toen ze de werkplaats op liep. Haar neus speelde een cruciale rol. Binnenkort starten de open dagen, ook van haar opleiding en wie weet leidt het tot meer techniekdames. „Ik ben nu de enige van mijn opleiding op mijn locatie… Van alle leerjaren!”
Haar vader is hoofd technische dienst bij een kaasfabriek. Trots als een pauw natuurlijk op zijn ‘techniek-dochter’, „maar m’n moeder ook, hoor.” Hieke van Rijswijk uit Vlaardingen moet even lachen. „Al vindt ze het soms best moeilijk als m’n vader en ik het tijdens het eten alleen maar over pijpleidingen enzo hebben en zij er niets van snapt!”
Vis in het water
Vraag je Hieke over haar opleiding en wat ze er allemaal mee kan en doet, dan ben je zo een uur verder. Om vervolgens nog een twintigtal spannende actiefoto’s geappt te krijgen, met lassers, grote platen, boormachines en mét tekst en uitleg. „Aan het werk op de werkplaats, met nagellak zelfs!”, schrijft ze erbij, met een huilen-van-het-lachen-emoji erachter.
Bij machinefabriek Blozo werkt ze in haar vrije uren en voelt ze zich, zoals goed te zien is in het filmpje op YouTube, als een vis in het water. Of watertank, „die ben ik vandaag aan het lassen.”
De enthousiaste studente zit in het derde jaar van de opleiding Technicus Engineering werkveld Werktuigbouw (niveau 4) op het Techniek College in Rotterdam.
Het was een compleet nieuwe wereld voor haar, maar toen ze de werkplaats op liep tijdens de open dag „voelde” ze het meteen. „Dit ga ik doen!” Ze keek haar ogen uit naar de bedrijvigheid op de werkplaatsvloer en ook haar neus speelde een cruciale rol. „Staal ruikt heerlijk”, ontdekte ze toen. „Die geur die in m’n gezicht walmde, ruik ik nog steeds elke keer als ik de werkplaats oploop. Ik ben weer thuis, denk ik dan.”
Boor
Ze herinnert zich haar eerste lessen nog, toen ze de verschillen tussen een schroef en moer leerde. Ook wist ze die allereerste les niet wat de leraar toch tekende op het bord. „WTF”, dacht ze. „Wat is dát?” Het was dus een boor, lacht ze, „Daar had ik dus nog nooit écht naar gekeken… Er is een groot verschil tussen kijken en zien.” Nu draait ze haar hand niet om voor TIG-lassen tot boren en frezen, kanten en krachtenberekeningen. „Hoeveel kilo kan de wielen van een karretje aan waarop pijpleidingen vervoerd worden?”, noemt ze als voorbeeld, een vraag waarop ze inmiddels het antwoord weet. „Ik vind berekeningen maken heel leuk.” Overigens niet te verwarren met dit karretje.
Maar ook van niets iets maken, zoals de stalen klok met 3D-geprinte cijfers. Andere studenten versierden het ding, Hieke niet. „Mooiheid zit vaak in de simpelheid.”
Uitvinder in wording
Vroeger wilde ze kinderarts worden. „Dat is niet helemaal gelukt, dat opereren leek me ook niets.” Nu heeft ze een nieuwe ambitie: uitvinder worden. Ze houdt dan ook van problemen, want dan kan ze er oplossingen voor bedenken. De inventieve studente is al aardig op weg. As we speak heeft ze net iets bedacht voor een rooster testen op waterdichtheid. „Ik heb een mal getekend die rechtop kan staan, zodat het rooster rechtop kan staan en we de tuinslang erop kunnen zetten.”
Enige dame
Ze is de enige techniekdame op haar locatie van haar studie, van alle leerjaren. Onbekend maakt onbemind, denkt ze. „Ik had ook geen idee dat techniek zo diep ging.” Ze heeft haar oude middelbare school vorige week dan ook gemaild met de vraag of ze niet eens een gastles kan geven over haar opleiding, „ik moet nog een reactie krijgen.”
Misschien dat ook veel meisjes techniek een beetje intimiderend vinden, mijmert ze hardop. „En zijn ze bang dat de oude garde moeite heeft met vrouwen in het vak.” Maar dat is echt niet zo, schudt ze door de telefoon heen hard haar hoofd. „Ze vinden het vaak heel leuk en willen je graag helpen.” Soms ook als het helemaal niet nodig is. „Dan denken ze dat iets te zwaar voor me is, nou, dan moet je net mij hebben! Ook al is het inderdaad wel een beetje te zwaar, ik doe het gewoon zelf. Geen fluwelen handschoentjes voor mij.” Hieke is inderdaad een stuk sterker geworden sinds de opleiding, beaamt ze. „Ik heb best wel spierballen gekregen.”
Hieke ‘Meis’
Of ze het weleens jammer vindt dat ze de enige ‘dame’ („vind ik beter klinken dan meisje of vrouw”) is? Tja, soms wel, maar ook weer niet. „Toen we door corona niet meer naar school konden, merkte ik dat ik de jongens echt miste.” Ze noemen haar ‘meis’. Vindt ze leuk. „Hé meis, kun je dat even voor me doen? vragen ze dan, en dat voelt als een compliment. Het klinkt als een liefkozend bijnaampje. Ook lekker makkelijk voor hen, er is tenslotte maar één ‘meis’!”
En natuurlijk waren er in het begin weleens flauwe grapjes en moesten ze misschien wel even wennen aan een dame in de werkplaats of in de klas. En ook nog eens hele pientere: „Nu komen ze juist naar me toe met vragen, ik heb het hoogste cijfergemiddelde van iedereen.”
Campagnes
Andrea Withaar houdt zich op het Techniek College in Rotterdam bezig met „meer meiden in de techniek.” Middels campagnes, open dagen en het inzetten van rolmodellen hopen ze, en ook andere techniekopleidingen, meiden te enthousiasmeren.
„We hopen dat we meer meiden kunnen interesseren om een opleiding in de techniek te kiezen en ook echt doorstromen naar een technische baan, want ook hier zien we nog wel eens dat vrouwen uiteindelijk iets anders gaan doen, en dat is jammer. Niet alleen voor het bedrijfsleven maar ook voor al die meisjes die rolmodellen nodig hebben om een keuze te maken.”
Baangarantie
Techniek blijft een richting die niet heel populair is, vervolgt ze. „Jongeren kiezen voor techniek, omdat vaak vader of opa ook een technische beroep heeft. Ze zijn er al mee bekend. Dus aan ons de taak ook andere jongeren te enthousiasmeren voor een technische opleiding. Als je ziet hoe de baangarantie is en welke doorgroeimogelijkheden er zijn, dan snap je niet waarom het zo lastig is.”
Na de opleiding volgt een goede baangarantie, benadrukt Withaar. „Zo blijven studenten vaak genoeg hangen na hun laatste stage. Het bedrijfsleven wil ze graag hebben. Een mooi vooruitzicht dus.”
Frituurloop verovert Nederland: wandelen, snacken én kans op 365 frikandellen