Maaike (24) is kapster, ‘maar niet tot mijn 70ste’
Mensen die het vmbo of mbo hebben afgerond gaan nu op dezelfde leeftijd met pensioen als mensen met een papiertje hoger. En dat is niet eerlijk, vindt het demografisch instituut NIDI.
Laagopgeleiden beginnen eerder met werken en hebben een kortere levensverwachting. Het instituut komt daarom met een adviesrapport waarin zij voorstellen om de pensioenleeftijd opleidingsafhankelijk te maken. Hoe hoger het opleidingsniveau, hoe langer je moet doorwerken.
Een heel goed advies, zegt bakker Jippe Braaksma (31) uit Oostermeer over het rapport. Als klein kind stond hij al in de bakkerij van zijn ouders, waar hij nu mede-eigenaar van is. „Ik heb het mooiste beroep dat er is, maar het is ook een zwaar beroep”, legt hij uit vanachter de bankettafel. „Bij ambachtsberoepen, denk aan slagers, timmerlieden en bakkers, rollen mensen vaak al van jongs af aan in het vak. Wij hebben hier soms jongeren lopen die nog geen zestien zijn, omdat zij een werkend lerentraject doen.”
Drie verschillende AOW-leeftijden
Als de huidige plannen doorzetten, moeten we in 2050 doorwerken tot ons 70ste. Ook de werknemers van deze bakkerij die al sinds hun zestiende broden bakken. „Dat willen we voorkomen”, zegt NIDI-onderzoeker Joop de Beer tegen Metro. Volgens hem snijdt het mes aan twee kanten: „Laagopgeleiden beginnen gemiddeld vijf jaar eerder met werken en leven gemiddeld vier jaar korter.”
Omdat het voor hen vaak moeilijker is om het werk vol te houden tot de steeds hogere AOW-leeftijd, zouden er drie verschillende AOW-leeftijden moeten komen. Voor laagopgeleiden (basisschool, vmbo, mbo niveau 1 en onderbouw havo en vwo), hoogopgeleiden (hbo en universiteit) en middelbaar opgeleiden (alles daar tussenin).
Rondom dit onderzoek laait ook opnieuw de discussie op over de term laag- en hoogopgeleiden. „Als iemand een andere goede oplossing heeft voor deze woorden, dan houd ik mij zeker aanbevolen”, zegt De Beer, die de termen van het CBS heeft gebruikt. „Je kunt praktisch en theoretisch gebruiken, maar dat is niet altijd juist. Medici zijn hoogopgeleid, maar doen ook praktisch werk.”
Meer vrijheid
Ook kapster Maaike Langeraap (24) uit Oudega ziet het niet zitten om tot haar 70ste te moeten werken. „Dat gaan we niet doen”, zegt ze resoluut. „Ik denk dat ik rond mijn 55ste wat anders ga doen. Dan is het mooi geweest. Het werk is fysiek gezien zwaar, want je staat de hele dag op je benen.”
Langeraap was 19 toen ze klaar was met de kappersopleiding. De afgelopen vijf jaar werkte ze voor een baas, maar deze week heeft ze haar ontslagbrief ingediend. „Het was een hele stap, maar ik wil heel graag voor mezelf beginnen."
Over twee jaar hoopt ze haar eigen zaak aan huis te hebben. Tot die tijd gaat ze aan de slag bij een woonzorgvoorziening in de buurt, als kapper en woonondersteuner. „Ik heb nu hele leuke collega’s, maar ik wil graag wat flexibeler zijn, ook omdat ik een zoontje heb. En eerlijk is eerlijk, ik wil met mijn eigen bedrijf straks ook graag wat meer verdienen.”
Nog niet bezig met pensioen
Sommige deskundigen zeggen dat het studenten demotiveert om door te studeren als laagopgeleiden eerder met pensioen mogen, maar dat valt volgens De Beer „reuze mee”. „Als jongeren studeren zijn ze absoluut nog niet bezig met het pensioen over 40 of 45 jaar. Het zou me erg verbazen als iemand van twintig zegt dat hij geen hogere opleiding gaat volgen omdat je dan eerder met pensioen gaat.”
Minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken zei eerder dat het verlagen van de AOW-leeftijd averechtse gevolgen kan hebben, en dat het niet helpt om het probleem van zwaar werk te lossen. Werkgevers zouden minder snel geprikkeld worden om werknemers minder zwaar werk te laten doen. Maar volgens demograaf De Beer is dat een heel ander issue. „Dat staat los van het feit dat laagopgeleiden nu minder lang van hun pensioen kunnen genieten. En dat moet anders.”