Tamar: van Dream School tot ster in Paradise Drifters op het witte doek
Zo ben je deelneemster aan Dream School. En zo straal je als filmster in Paradise Drifters. Het overkwam Tamar van Waning.
Kort verhaal (maar wát een verhaal): je doet in 2018 op tv mee aan de tweede reeks van Dream School, waarin jongeren die het lastig hebben de kans krijgen zich te ontwikkelen. Gaite Jansen, de actrice die internationaal (Peaky Blinders) aardig aan de weg timmert, kijkt aandachtig. Haar vriend, regisseur Mees Peijnenburg, wil zijn debuutspeelfilm maken en zoekt nog een hoofdrolspeelster. Gaite roept plotseling (daar gaan we even vanuit): „Mees, háár moet je hebben.” Twee jaar later is Tamar van Waning in Nederland zonder enige ervaring nu in de bioscopen te zien. Als die hoofdrolspeelster in Paradise Drifters. Gaite, die eerder dit jaar schitterende in het slot van Hollands Hoop en daar aan Metro over vertelde, liket nu Tamars foto’s op Instagram. En als nieuwe filmster mocht ze gisteravond aanschuiven bij Eva Jinek.
Rode lopers met Paradise Drifters
Het is geen filmscript dat de 24-jarige Tamar in handen kreeg. Het is voor de Zaandamse pure realiteit. Ze maakte vóór Paradise Drifters (en voordat het coronavirus toesloeg) de rode lopers van de filmfestivals van Rotterdam en Berlijn al mee. De titel zou op 2 april in première gaan, maar werd door het virus maanden uitgesteld. Nu is hij dan eindelijk daar.
Paradise Drifters gaat over drie jongeren die het verleden van zich af willen schudden en na een toevallige ontmoeting samen naar Zuid-Europa op avontuur gaan. Yousef (Bilal Wahib) moet op zijn 18e een jeugdinstelling verlaten, maar heeft werkelijk niemand om op terug te vallen. Lorenzo (Jonas Smulders) wil met een goede drugsdeal zijn broer uit de shit helpen. En Chloe (Tamar) is ongewenst zwanger van haar stiefvader en heeft daar iets op bedacht. Liefde en geborgenheid hebben de paradijselijke zwervers alle drie volledig gemist, maar blijken opeens dichterbij dan gedacht. Daar zullen we het bij laten, want na het zien van Paradise Drifters blijkt Mees Peijnenburg veel aan de verbeelding van de bioscoopganger over te laten.
Lang moeten wachten op Paradise Drifters
Metro ontmoet Tamar van Waning in de ochtend op het terras van café Novels in haar woonplaats, waar zij de we-zijn-hier-geweest-gegevens keurig invult. Nou ja, bijna keurig. Eén huishouden staat aangevinkt („dat zijn we vandaag, haha”), maar we zitten netjes uit elkaar. „Eindelijk de film in de bios”, verzucht Tamar van achter haar koffie verkeerd en glas water. „We hebben er lang genoeg op moeten wachten. Toen hij werd uitgesteld dacht ik eerst, als zovelen, dat dit virus wel snel zou overwaaien. Maar na een maand kreeg ik door dat we er een hele tijd aan vast zouden zitten. Ik ben blijven relativeren, want iedereen zat in de shit. Ik ben er niet in blijven hangen dat het allemaal niet goed zou komen. Maar voor de film dacht ik ook Sjezuuuuus, wat een timing.”
Ze heeft een geweldige Amsterdamse tongval. „Beetje mengelmoes van Amsterdam en Zaandam (‘Sáándam’, red.) denk ik”, lacht ze. „Maar in Zaandam praten we ook plat hoor. Na Dream School herkenden mensen me niet aan mijn gezicht, maar aan mijn stem.” Corona hield de nieuwe actrice tegen om op het vliegtuig te stappen naar nog twee buitenlandse filmfestivals. „We zouden nog naar Taiwan en Nieuw-Zeeland… Jammer.”
Zie hier de trailer van Paradise Drifters:
Tamar is blij dat Mees Peijnenburg op haar pad kwam en daarmee niet in een ‘en toen en toen en toen’-verhaal optreedt. „Zo zijn veel Nederlandse films en dat trekt me niet. De verbeelding vind ik heel mooi.” Ze zag zijn korte tv-film Geen koningen in ons bloed, waarmee Peijnenburg een Gouden Kalf won voor beste televisiedrama en haar plotselinge collega Jonas Smulders zo’n zelfde beeldje voor beste acteur. „Mijn vader repareert camera’s en kende Mees’ werk. Toen ben ik gaan kijken.”
Eerst vriendelijk bedankt voor casting
Toen de makers van Dream School Tamar meldden dat er een castingbureau voor haar had gebeld, wimpelde ze die in eerste instantie met een vriendelijk bedankje af. „Ik ben ook niet aan Dream School begonnen om bekend te worden. Ik wilde iets vinden in het leven, passie, iets wat ik echt leuk vond.” Ze kreeg er wijze levenslessen van onder meer Eva Jinek, neuropsycholoog Erik Scherder („mijn favoriet”) en Maarten van der Weijden. „Ik zat financieel gewoon goed hoor. Ik werkte in een coffeeshop en had andere horecaklusjes, maar heb altijd het gevoel gehad dat ik iets anders moest doen. Dat ik op de wereld was gezet om iets unieks te doen. Ik wilde wel graag terug naar school, als een soort verplichting naar mezelf toe. Door Dream School kwam ik erachter dat ik met jongeren moest gaan werken met eenzelfde achtergrond als ik. En dat door middel van sport.” Over haar leven vóór Dream School wil Tamar het niet meer hebben en vat ze samen in één woord: turbulent. „Daar wil ik het bij laten. Het gaat er niet om wat is geweest, het gaat erom wat er komt.”
Deze verslaggever kent Gaite Jansen door interviews ook, maar wordt nou nooit eens getipt voor een rol. Tamar lacht: „Het erge is dat ik Gaite niet kende. Peaky Blinders ben ik pas later gaan kijken. Mensen om me heen kenden haar wel en zeiden: ‘Wow, Gaite?’. Heel bizar dat zij me tipte. Ik had alleen in de schoolmusical in groep 8 gespeeld, een heel chagrijnig typetje. Die kwam wel in de buurt van Chloe in Paradise Drifters“, lacht ze. „Overigens kreeg ik te horen dat een castingbureau deelnemers van Dream School wilde casten.”
Dat kwam op Tamar over als ‘zielige jongeren een leuke kans geven’ en dat leek haar maar niets. „Ik was heel sceptisch en dacht dat ik in een film niets te zoeken had. Ik wilde naar school, had behoefte aan structuur en ging naar het CIOS (sportopleiding red.). Tot een vriend van me hoorde dat het om Kemna Casting ging en zei dat ik helemaal gek zou zijn als ik het niet zou doen. Vrienden vinden het wereldje wel bij me passen, dus ik begon te denken ‘wat, als?’. Ik heb toen gebeld of het alsnog mogelijk was. Dat was het. Ik was helemaal niet zenuwachtig omdat ik geen enkele verwachting had, dat heeft me waarschijnlijk geholpen.”
Bang schaap op de set, maar gáán
En zo kwam ze tegenover twee keien van acteurs te staan. Bilal Wahib heeft amper tekst. Makkie, zou je ze zeggen, maar hij is de ‘koning van de blikken’ en liet die kracht onder meer al in Mocro Maffia en De libi zien. Qua uiterlijk is Jonas Smulders meer een middenvelder van Ajax – type Frenkie de Jong – maar op acteergebied veranderde alles wat hij tot nu toe deed in goud. ‘Vergeleken bij die twee was het alsof ik een tosti stond te bakken in de keuken van Gordon Ramsay’, zei Tamar eerder al. En nu, hier in Zaandam: „Voor mijn gevoel kwam ik nog redelijk relaxed de set op, maar Jonas zei me later dat ik eruitzag als een bang schaap. Ik had geen flauw idee wat ik aan het doen was, maar dacht wel ‘gáán’. Ik moest wel. Stond ik daar in een iets te krappe legging, ik was net tien kilo aangekomen omdat ik gestopt was met roken. Ik vond het spannend, maar ook direct leuk. Er heerste snel een gevoel van euforie bij iedereen. Anderen op de set zeiden steeds ‘we zijn kunst aan het maken’. Ze gaven me snel het gevoel dat ik dit kon. Het was een warm bad. Ik leerde veel en had lol, dat was fijn.”
Tamar en haar collega’s werkten in Nederland, België, Marseille en Barcelona. Dat pikte ze gelijk maar even mee. „Ik vond alles interessant, maar door alle indrukken was ik na al het draaien uiteindelijk wel uitgeput. Gesloopt. Ik ben gestopt met het CIOS, omdat ik door de film een groot deel van het begin had gemist. Ik kon helemaal niet meekomen. Terug in Zaandam zijn was bizar. Ik had het gevoel dat ik op schoolkamp was geweest en dat dat altijd zou voortduren. Thuis voelde raar, het normale leven zou weer beginnen. Ik wil niet zeggen dat ik in een zwart gat viel, want ik had iets heel moois meegemaakt en ben dichter bij mezelf komen te staan.”
Glamorous orderpikker
Iets met jongeren en sport doen – ze deed zelf fanatiek aan handboogschieten en streetdance – dat wil ze nog steeds. „Sport is goed voor iedereen. Ik ben nog op zoek naar hoe precies, misschien ook iets in combinatie met jongeren en acteren. Ik zit een beetje in de ‘en wat nu?’-fase.” Tamar moet al lachen bij de vraag wat ze op dit moment, als Paradise Drifters in de bios verschijnt, precies doet. „Ik leid een glamorous live van een filmster als orderpikker in een warehouse. Werk is werk en ik vind het met mijn waanzinnige collega’s oprecht leuk hoor! Het is qua reizen wat ver, in Lijnden, en werk van twee tot elf. Gelukkig is de baas flexibel en als ik naar Eva Jinek moet zegt hij ‘natuurlijk, ga’. Maar ik zoek nog iets nieuws. In coronatijd is het echter even niet anders.”
Voorlopig heeft ze Paradise Drifters in the pocket en is ze haar verhaal voor groepen als spreekster gaan vertellen („gaat door corona even niet”). En, zoals gezegd, ze betrad de rode lopers van de internationale filmfestivals van Rotterdam en Berlijn. Over die eerste weet ze niet zoveel meer: „Ik blowde toen nog – ben nu gestopt – en was echt helemaal knetter, haha. Er was daar veel gehaast en ik had een trainingspak aan. Van Berlijn weet ik veel meer. Ik was heel zenuwachtig, maar het was mooi. En ik had een soort strippersoutfit aan. Eerlijk gezegd heb ik nog veel meer zin in de première hier in het filmhuis van Zaandam. Da’s zo’n mooie oude bioscoop, waar mijn vader en zijn vriendin ook werken. Daar heb ik echt een band mee.”
En dan de bekende vraag: En nu? Smaakt het allemaal naar meer? Tamar besluit: „Eerst zei ik ‘nee’. Maar dat was vooral toen ik zo uitgewoond terugkwam. Nu zeg ik: het zou zeker kunnen. Er is voor mij niets te vergelijken met op een filmset staan. Ik vond het zo leuk, dat ik nog wel wat mooie rollen zou willen spelen.” Een fotograaf van de plaatselijke krant staat al op het terras voor een aansluitende fotoshoot. Tamar moet door. Tja, je bent een filmster of niet natuurlijk.
Lees ook: Alles is zoals het zou moeten zijn: kerstfeelgood middenin de zomer