Een spits met hits: Ryan Babel lucht zijn hart op ‘audiobiografie’
Profvoetballer Ryan Babel heeft zijn levensverhaal vastgelegd op zijn debuutalbum als artiest. Hierop rekent hij ook af met criticasters als Johan Derksen. „Ze kijken niet hoe belangrijk ik ben voor een wedstrijd, maar hoeveel ik heb gescoord.”
Het is niet ongehoord dat voetballers op enig moment in hun carrière een plaat opnemen. Johan Cruyff deed dat al in 1969 met de single Oei Oei Oei (Dat Was Me Weer Een Loei) en Ruud Gullit scoorde in de jaren ’80 twee top 5-hits. Het volledige nationale elftal stond André van Duin in 1980 bij op de hit Nederland, Die Heeft De Bal en Hazes rekruteerde de sterspelers van het EK 1988 voor Wij Houden Van Oranje. In de laatste jaren heeft het volkse repertoire plaatsgemaakt voor hiphop. Bekende rappende voetballers zijn Memphis Depay, Royston Drenthe, Eljero Elia en Ryan Babel, die onder de naam Rio in 2008 een top 10-hit scoorde met Eeyeeyo, een samenwerking met onder anderen Ali B. Dertien jaar later levert hij onder zijn eigen naam het debuutalbum The Autobiography – Chapter 1 af.
De profspeler zit ontspannen achterover in zijn stoel in een Amsterdamse hotellobby wanneer hij vertelt over het ontstaan van de plaat. Hij kwam op het idee voor een volledig hiphopalbum na een gesprek met Mike Verweij, sportjournalist van De Telegraaf. „Op een gegeven moment heb ik interviews gedaan met een paar journalisten over wat ze vonden van mijn korte tijd bij Ajax”, zegt hij terugkijkend op het begin van de eerste lockdown, in het voorjaar van 2020. „Dat was in de fase dat het niet heel goed ging daar. Dat had ook invloed op mijn spel.” Verweij stelde aan Babel voor om een autobiografie te schrijven, in traditionele boekvorm. „Gevoelsmatig was het nog te vroeg”, aldus Babel, hoewel Verweij beweerde dat het juist goed was om in de luwte al met dat proces te starten.
Te vroeg voor een autobiografie
Toch voelde een boek niet juist voor Babel. In een platenstudio voelde hij zich echter als een vis in het water, dus koos hij ervoor om een album te maken. „Dat was een vergelijkbaar proces”, stelt hij over het schrijven van de songs. „Veel praten met de producer en de schrijver die me mee heeft geholpen met de formulering van de teksten. Dat leek best wel op een therapiesessie.” Het opnemen van rapsongs leek hem bovendien de beste manier om zijn verhaal te delen met aspirerende voetballers en muzikanten. „Als ik tegen rappers en voetballers zeg: ‘Dit boek gaat je leven veranderen’, gaan ze het niet oppakken. Maar een nummer kan ze inspireren wanneer ze het luisteren.”
Een van de belangrijkste thema’s op The Autobiography – Chapter 1 is hoe als jongere slim om te gaan met geld. Als jochie had Babel geen cent te makken, tot hij als puber bij Ajax terechtkwam. „Ik kreeg 15.000 euro per maand”, weet hij nog. Babels ouders zetten het grootste deel daarvan op een spaarrekening en gaven hem elke maand duizend euro. „Ik woonde thuis en hoefde geen rekeningen te betalen, dus als je dan duizend euro in de maand kan uitgeven, is dat fantastisch.” Zij adviseerden hem ook nog eens om de helft van dat geld opzij te zetten. Zo leerden ze hem de waarde van geld. „Mijn ouders zorgden ervoor dat ik beide voeten op de grond hield. Het scheelt dat ik van nature niet heel gek ben met uitgeven, al heb ik natuurlijk ook gekke dingen gedaan.”
Iedereen heeft een mening over Ryan Babel
Ryan Babel gaat in 2004 van de jeugddivisie van Ajax naar het echte werk. Een jaar later speelt hij zijn eerste interland als lid van het Nederlands Elftal. De voetballer is zelf de eerste om te erkennen dat hij gedurende zijn carrière volop bekritiseerd is. „Als je een stap terugdoet en kijkt wat mensen van Ryan Babel vinden, lijkt het algemene beeld te zijn dat ik nooit goed genoeg was. Dat ik nooit een hele goede voetballer ben geweest. Je zou denken dat je dan niet relevant genoeg bent om iedere dag over te praten, maar toch wordt er iedere dag over me gesproken.” Desondanks speelde hij bij clubs als Liverpool, Fulham, Beşiktaş en Galatasaray. „Zegt dat meer over mij of over de clubs en trainers die toch vertrouwen in me hadden?”, vraagt hij zich af.
Op zijn 28ste kiest hij voor het grote geld wanneer hij de Turkse club Kasımpaşa verruilt voor Al-Ain in Abu Dhabi. „Die jaren daarvoor was ik bezig om mezelf terug te knokken in het Nederlands Elftal. Er waren momenten dat ik volgens mij wel een kansje had verdiend om terug te komen, maar die bleven maar uit. Oké, als er niet meer naar mij gekeken wordt, kan ik mijn koers veranderen. Dan hoef ik niet per se beslissingen te maken om in beeld te blijven of te doen wat mensen van mij verwachten. Tuurlijk ben ik voor het geld daarheen gegaan. It made sense. Negen van de tien mensen zouden zo’n aanbod niet afslaan. Ik speelde niet meer in het Nederlands Elftal en er werd niet meer over mij geschreven, dus het was een makkelijke keuze. Maar toen ik die keuze maakte, kreeg ik toch weer veel over mij heen. Ineens stond ik weer in de belangstelling. ‘Wat doet ‘ie nou?’ Iedereen had in één keer een mening.”
Johan Derksen is untouchable
Toen Babel stopte bij Al-Ain wist hij niet of hij ooit nog op een voetbalveld zou staan. De reputatie van de club was immers niet al te best. „Je realiseert dat als je nu geen club vindt, je carrière zomaar abrupt over kan zijn. Je zit in een fase dat je probeert fit te blijven zonder purpose. Dat is veel lastiger. Je wil doorgaan. Ik was 29 toen. Stoppen was veel te vroeg. Ik wist niet of een club me nog wilde hebben. Dat gebeurt heel vaak als je naar het Midden-Oosten gaat. Was ik nog interessant genoeg? Dat heeft twee, drie maanden geduurd, tot ze vroegen: ‘Hoe is het met Ryan? Heeft hij nog zin om te voetballen?’ Ja, natuurlijk!” Uiteindelijk werd hij verwelkomd bij Deportivo De La Coruña. „Ik moest van diep komen. Ik heb heel hard getraind.”
De kritiek die hij ontving voor zijn overstap naar de Verenigde Arabische Emiraten heeft een prominente plek op Babels debuutalbum. Sowieso krijgen meerdere commentatoren een veeg uit de pan, waaronder Johan Derksen. „Hij is iemand die altijd een mening heeft, of ‘ie gerechtvaardigd is of niet”, vindt Babel. Vooral de beruchte uitspraak van Derksen over Akwasie schoot bij Babel in het verkeerde keelgat. „Hij heeft een positie dat hij zomaar alles kan roepen, zonder verantwoordelijkheid. Zonder na te denken wat voor effect het heeft. Hij voelde zich op dat moment untouchable, omdat hij dacht: ‘Ik word toch nooit op het matje geroepen.’ Dat moment bracht veel teweeg en dan zegt ‘ie nog: ‘Kunnen jullie niet tegen een geintje?’ Daar ging hij de mist in. Nee, dat zijn geen geintjes.”
Ronaldo heeft ook schouderklopjes nodig
Babel heeft geen hoge pet op van Nederlandse voetbalanalisten, specifiek die van Veronica Inside. „Als je kijkt met welke arrogantie ze over spelers praten, zou je denken dat zij in hun tijd vijf Ballon d’Ors hebben gewonnen of vijf WK’s. Door wie laten we ons beïnvloeden? Dat bepaalt met welke ogen we naar voetbal kijken. In Groot-Brittannië zie je dat alleen mensen op die plek zitten die een hele staat van dienst hebben. Als die kritiek gaan geven, begrijp je dat. They lived that. In Nederland is het niveau niet hetzelfde, maar er is wel de arrogantie van de mensen die aan tafel zitten die doen alsof ze dat zelf veel beter gedaan hebben. Als fan ga je erin mee. ‘Als Derksen dat denkt, zal het wel waar zijn.’ Als hij iets zegt, gaat de publieke opinie erin mee.”
Die meningen ziet hij dan weer terug in fora en op de socials. „Als je de comments leest, zou je denken: ‘Hier zitten heel veel goeie trainers tussen’.” De kritieken laten hem beslist niet ongemoeid. „Schouderklopjes heb je als sporter af en toe nodig; óók als je Ronaldo bent.” Met The Autobiography – Chapter 1 moet Babel zich op een ander vlak bewijzen. De plaat is geproduceerd door Raoul Chen, alias Diztorion, die eerder achter de knoppen zat bij Craig David, MNEK, Sigma en meeschreef aan de hit Mad Love van David Guetta, Sean Paul en Becky G. Babel noemt rappers Nas en Jay-Z als grote voorbeelden. De voetballer sluit niet uit dat er nog een tweede hoofdstuk volgt van zijn audiobiografie. „Ik heb lang niet alle stories kunnen vertellen die je in een boek wel zou kwijt kunnen. Er is zoveel meer om over te rappen.”
The Autobiography – Chapter 1 komt uit op 26 november.