Eretitel na eretitel, maar Wies heeft alle tijd
Nog geen anderhalf jaar na oprichting harkt de Nederlandstalige indiepopband Wies de ene na de andere eretitel binnen. „Je hebt er geen invloed op hoe snel het gaat”, zegt frontvrouw Jeanne Rouwendaal.
Het is september 2018 wanneer de band Wies voor een schoolopdracht aan het Conservatorium van Amsterdam wordt opgericht door singer-songwriter Jeanne Rouwendaal, drummer Jasper Meurs en bassist Tobias Kolk. Ondanks hun jonge leeftijd, hebben ze elk al de nodige meters gemaakt in het Nederlandse popcircuit. Kilometers zelfs. Rouwendaal bracht drie EP’s uit op eigen titel, Meurs reisde het hele land af als onderdeel van Radio Eliza en Kolk deed hetzelfde met rockband Yip Roc en zangeres Lakshmi.
De klik die het drietal bij elkaar voelde, heeft ertoe geleid dat Wies ook na het afvinken van die schoolopdracht verderging. „De grap met Wies is dat het voor ons allemaal een nevenproject was naast onze eigen bands”, doet Meurs, drummer van de band, uit de doeken. “Maar dat is uit de hand gelopen.”
Gevleid
Metro spreekt de band op een druilerige namiddag in een bomvol café aan de Amstel. Op een oude leren bank puffen de muzikanten nog na van hun optreden op Noorderslag, de zaterdag ervoor, waar Wies werd bekroond met een bemoedigende 3FM Talent Award. Die werd vol enthousiasme uitgereikt door Sander Hoogendoorn, presentator van de ochtendshow van NPO 3FM en zelfbenoemd fan van Wies. „We voelen ons heel gevleid”, zegt Kolk opgewekt. „Het is leuk om bevestiging te krijgen van wat je aan het doen bent.”
Het is de derde prijs op rij die Wies op zijn conto mag bijschrijven, nadat het trio eerder al de Amsterdamse Popprijs en de Grote Prijs van Nederland binnensleepte. Dat terwijl in september pas de debuutsingle Soms Is Het Te Laat verscheen. „We hebben nog nooit gehad dat het beter gaat dan het bedachte plan”, blikt Meurs terug op zijn eerdere bandjes. „We moeten het plan de hele tijd bijstellen, op een positieve manier. We zijn nu aan het einde van ons driejarenplan aangekomen; na anderhalf jaar!”
De enige reden dat Wies al in een vroeg stadium meedeed aan deze talentenjachten, was om podiumervaring op te doen als drietal en om aandacht te genereren. „We dachten: ‘We kunnen best aan zo’n wedstrijd meedoen zonder dat er iets online staat’”, legt de drummer uit. „En toen dachten we: ‘We kunnen best aan nog zo’n wedstrijd meedoen en daarna de Popronde.’
Kan dat? Blijkbaar wel.” Wies liet zich niet gek maken door de aanbiedingen die daarop volgden. „De druk voor het uitbrengen van muziek hebben we al vanaf het begin gehad, dus je raakt ook wel gewend dat mensen iets van je willen”, stelt de zangeres. Wies bepaalt zijn eigen tempo en heeft momenteel zelfs nog geen platenlabel of management, alleen een boeker. „We hebben alle tijd”, zegt Kolk onderuitgezakt op de bank. „Ja, joh.”
Grootste compliment
„Mensen liepen best wel aan ons te trekken bij onze eerste single. ‘Als je de Grote Prijs wint, dan moet je een single uitbrengen.’ Zoveel verschillende meningen de hele tijd. We doen wat we zelf vinden. Als we het niet voelen, doen we het niet. Alle tijd.” Voorafgaand aan Noorderslag werd de tweede single Radiostilte uitgebracht en afgelopen najaar verzorgde Wies het voorprogramma tijdens de clubtour van Roxeanne Hazes. „Ik zie bijna iedere show wel mensen meezingen met nummers die nog niet uit zijn”, constateert de frontvrouw. Dat terwijl de eerste eigen tournee van Wies nog van start moet gaan. Vooralsnog is er één show gepland op 26 maart in Paradiso. Tegelijkertijd verschijnt er een vinylsingle met daarop Soms Is Het Te Laat en Radiostilte.
De songs van Wies worden geprezen om hun Nederlandstalige teksten, allen uit de pen van Rouwendaal. „Het grootste compliment is als mensen zeggen: ‘Nederlandstalig is niet echt mijn ding, maar jullie vind ik wel leuk.’” „We hebben nog superveel ambities en dromen”, laat Meurs weten. „Toen we begonnen waren er drie prijzen in verschillende segmenten waarvan we dachten: ‘Die zouden we wel willen winnen.’ Een lokale, een nationale en een internationale. We hebben er twee gewonnen. Die derde gaat Jeangu Macrooy nu voor, dus dat wordt ’m dit jaar niet.” Hiermee verwijst hij grappend naar het Eurovisie Songfestival, al erkent hij dat Wies geen liedje heeft ingezonden. “Dat was te snel geweest”, zegt de muzikant relativerend.
Geheimzinnig
Ook een optreden op een groot evenement als Vrienden van Amstel Live sluit hij niet uit. „We hebben wel een nummer dat daar heel mooi zou passen.” Over de oorsprong van de bandnaam wordt vooralsnog geheimzinnig gedaan. „Er zit een verhaal achter, maar het is wel een geheimpje”, glimlacht Rouwendaal. „Ik vind het belangrijk om niet alles over de band gelijk weg te geven.” Meurs wil eveneens niks prijsgeven. „We beginnen nu pas een beetje naar de oppervlakte te drijven. Er zijn zoveel dingen die mensen eerst over ons moeten weten voor ze überhaupt moeten willen weten waar de naam vandaan komt.”