’Utøya mag niet vergeten worden’
Twee weken na het afronden van de opnames van Utøya 22. juli, de film over de aanslag op het gelijknamige Noorse eiland, moest hoofdrolspeelster Andrea Berntzen (20) alles uit haar handen laten vallen. „Ik kon niet meer stoppen met huilen.”
Op 22 juli 2011 wordt Noorwegen opgeschrikt door maar liefst twee aanslagen. Eerst gaat er een bom af bij een overheidsgebouw in hoofdstad Oslo en een paar uur later opent rechtsextremist Anders Breivik – die ook verantwoordelijk blijkt te zijn voor ‘Oslo’ – het vuur op het eiland Utøya, waar op dat moment het zomerkamp van de jonge socialisten gaande is. In totaal vallen er 77 doden: 8 in Oslo en 69 op Utøya. Over die laatste aanslag is er nu een film gemaakt, Utøya 22. juli. In één take, waarvan 72 minuten de aanslag beslaat (precies zo lang als deze in werkelijkheid duurde), zien we hoe de achttienjarige Kaja haar zusje zoekt en ondertussen samen met de anderen de aanslag probeert te overleven.
De rol van Kaja wordt gespeeld door Andrea Bertzen, een zeer getalenteerde, jonge actrice uit Noorwegen. Aan Metro vertelt de 20-jarige Noorse over de film, de ethische discussie die de film teweegbrengt en wat de heftige opnames met haar hebben gedaan.
Jouw personage Kaja is niet gebaseerd op een echt slachtoffer van de aanslag hè?
Nee. Kaja is een fictief persoon dat is bedacht naar aanleiding van de verschillende gesprekken die de scriptschrijvers hebben gevoerd met overlevenden en familieleden van slachtoffers. Hadden ze wel voor een bestaand persoon gekozen, dan zou dat misschien lijken alsof het ene verhaal belangrijker was dan het andere en dat is natuurlijk niet zo. Bovendien hoeven nabestaanden nu ook niet te denken: is deze rol gebaseerd op mijn broer of zus? En toch staat het zo dichtbij de realiteit.
Het bijzondere aan de film is dat het in één take is opgenomen. 91 minuten lang gaat de camera niet uit. Hoe was dat?
Ik heb het als zeer prettig ervaren. Door zo te filmen, blijf je de hele film lang in je rol, terwijl je er anders na elke scène toch weer even uit bent. Natuurlijk was het ook lastig, want ik wist dat als ik een dingetje verkeerd zou doen, de hele film weer opnieuw moest.
Wat vond je de moeilijkste scène of scènes?
Dat is me vaker gevraagd en in het begin zei ik steeds dat dat de scènes waren waarin ik moest huilen. Nu ik er wat meer op terug kan kijken, realiseer ik me dat het vooral de eerste scènes waren waarin Kaja gewoon nog een ‘happy camper’ was, onwetend van het onheil dat naderde. Ik wist dat natuurlijk wel, dus het neerzetten van die onschuld was voor mij echt een uitdaging.
Ik zag de film een week geleden en heb nog steeds moeite om het verdriet dat ik zag los te laten. Hoe was dat voor jou? Jij zat er drie maanden lang middenin.
Dat is nog steeds moeilijk. Vlak na de opnameperiode was er niks aan de hand; ik ging gewoon naar school. Maar na twee weken stortte ik in. Ik kon niet meer stoppen met huilen. Er begon een heel intimiderende periode waarin ik heel onzeker werd over de film. Niemand van de overlevenden of familieleden hadden het niet gezien, ik wist niet of ze het goed zouden vinden. Ik was opeens heel bang dat het misschien wel meer kwaad dan goed zou doen. Ik was 19 en ben 20 nu, ik wilde niemand pijn doen. Ik vond dat de slachtoffers al genoeg voor hun kiezen hadden gehad en ik was bang dat de film misschien zout in open wonden zou strooien. Ik voelde zoveel verantwoordelijkheid om het verhaal goed te vertellen, maar ik wist niet zeker of ik dat wel had gedaan. Toen heb ik even alles wat ik deed losgelaten en alleen tijd met familie en vrienden doorgebracht.
Jouw gevoel was niet zo gek. In Noorwegen, maar ook daarbuiten, ontstond rond de première veel discussie over of het wel ethisch verantwoord was om zo’n ernstige gebeurtenis te verfilmen. Hoe sta je daar nu zelf in?
Toen ik hoorde dat de film over de aanslag op Utøya zou gaan – dat vertelden ze ons pas na de derde auditieronde, omdat het anders misschien mensen zou afscrhikken – was mijn grootste zorg niet dát er een film over gemaakt zou worden, maar meer hóe die gemaakt zou worden. In de discussie merkte ik dat veel mensen die vonden dat het niet kon, de film nog niet hadden gezien. Inmiddels weet ik dat de mensen die de aanslag hebben overleefd en nabestaanden van slachtoffers de film hebben gezien en het een goede film vonden. Zij vinden het juist belangrijk dat hij er is. Daar hecht ik meer waarde aan dan aan critici.
Waarom vind jij het belangrijk dat de film er is?
Er zijn veel redenen, maar voor mij is het belangrijkste dat we niet vergeten wat er is gebeurd. Natuurlijk zullen volwassenen het niet snel vergeten, maar ik was bijvoorbeeld 12 en mijn broertje 3. Wij weten het niet goed meer. En er groeien ook nu weer mensen op die niet weten wat er is gebeurd, terwijl het Noorwegen wel heeft veranderd. Mensen realiseren zich dat ook in een relatief rustig land als Noorwegen zo’n aanslag kan plaatsvinden.
Utoya 22. Juli draait vanaf donderdag in de Nederlandse bioscopen