Feelgoodfilm Gek Van Oranje: voetbal verbroedert
De nieuwe Nederlandse feelgoodfilm Gek van Oranje speelt tijdens de zomer van 2010 waarin het Nederlands Elftal de finale haalt van het WK in Zuid-Afrika. Metro vroeg de regisseur en de hoofdrolspelers naar hun eigen oranjebeleving.
Martijn Fischer (speelt voetballiefhebber Michael)
Vooral het EK van 1988 (toen Nederland Europees kampioen werd) kan ik mij nog goed herinneren. Ik was toen 20 toen en ik keek alle wedstrijden samen met mijn zwager. Het beeld dat ik nog altijd op mijn netvlies heb staan is dat die tijdens een van de wedstrijden achterover van een biljart afviel en pas de volgende ochtend thuiskwam, met zijn Gullit-pruik achterstevoren op zijn hoofd. Iedereen ging vollédig uit zijn plaat toen, geweldig. Wat mij betreft wordt het feit dat Oranje zich niet heeft gekwalificeerd voor het WK komende zomer een beetje gecompenseerd door deze film. Als je ‘m ziet krijg je toch dat gevoel van prettige saamhorigheid dat bij oranjesuccessen hoort even mee.
Nasrdin Dchar (speelt voetbalhater Adam)
Ik speel in Gek Van Oranje een schrijver die voetbal haat. Best lastig, want in het echte leven ben ik gek op voetbal. In de zomer van 2010 draaiden we Rabat (succesvolle roadmovie met ook Marwan Kenzari en Achmed Akkabi) en keek ik heel veel wedstrijden samen met die jongens. Nooit zal ik vergeten hoe fucked up ik mij na die finale tegen Spanje voelde. Gek van Oranje gaat trouwens niet over voetbal, dat is alleen het bindweefsel. Maar toen ik de film zag kreeg ik desondanks weer dat euforische WK-gevoel. Ik denk dat Nederland komende zomer een rood shirtje (het shirt van Marokko) aanheeft. Zou toch tof zijn, en een mooi moment om te verbroederen.
Esmée van Kampen (speelt voetbalfan Janice)
Ik ben echt een typische vrouw: ik snap niks van voetbal. Voetbal is een klein beetje oorlog zeg ik altijd, of was het iemand anders die dat altijd zei? Waar ik wél echt voor ga zitten? Voor documentaires. En voor Rico Verhoeven.
Jan Versteegh (speelt Oranje-spits Roy)
Ik speel een speler van het Nederlands Elftal, maar in werkelijkheid kan ik absoluut niet voetballen. Naar voetbal kijken doe ik wel, met name naar EK’s en WK’s. Vind ik leuk: lekker met je vrienden in een oranje shirt een beetje roepen en dollen. Wat ik ook mooi vind is dat Oranje verbroedert: iedereen staat tijdens zo’n toernooi ineens met zijn neus dezelfde kant op. Dit is mijn eerste rolletje in een film tussen allemaal geweldige acteurs als Ton Kas en Martijn Fischer. Ik vond het erg spannend. Of het naar meer smaakt? Als er iets leuks voorbij komt, waarom niet?
Martijn Lakemeier (speelt voetballiefhebber Leon)
Of ik mij het WK van 2010 nog kan herinneren? Eigenlijk niet. Wat ik wel weet is dat we belangrijke wedstrijden van Nederland altijd bij mijn vriend Menno in Zwijndrecht, met de tv op het garagepad keken.
Pim van Hoeve (regisseur Gek Van Oranje)
Ik volg de wedstrijden van Oranje altijd fanatiek. Maar de basis van het verhaal van deze film is bedacht door iemand die helemaal niet van voetbal houdt. Het WK en het feestgedruis vormen dan ook alleen maar het decor van Gek Van Oranje. Scenarist Pieter Bart Korthuis kreeg het idee in 2000 toen hij tijdens het EK dat destijds in Nederland en België werd gespeeld alleen over straat liep in Amsterdam. Iedereen zat in huiskamers, tuinen en cafés in die wedstrijden op te gaan en hij voelde zich een beetje eenzaam. Hij dacht: als ik nu een leuk meisje tegen zou komen zouden we allerlei gekke dingen kunnen gaan doen, want er is nu niemand in Artis en ook de snelwegen zijn leeg.
Gek Van Oranje is vanaf donderdag 15 februari in de Nederlandse bioscoop te zien.